De Britten tonen ons de weg naar een vernieuwde Punk: Malcolm ging naar Rebellion 2023

Zoals elk pandemieloos jaar werd het centrum van Blackpool, een vervallen kuststadje aan de Ierse Zee, weer eens een weekend overgenomen door liefhebbers van alternatieve artiesten, hoewel veel doorsnee muziekconsumenten de geproduceerde pokkeherrie ongetwijfeld liever anders zouden omschrijven. Dit festival draait overigens niet enkel om de songs, maar evenzeer om de jaarlijkse ontmoeting met oude bekenden en nieuwe gezichten, om de talrijke interviews met belangrijke spelers in de scene en om een algemene sfeer van eensgezindheid die men op het gemiddeld festival niet kan zien omdat men zich te zeer moet focussen op het ontwijken van oppervlakkige burgers die blindelings napraten wat ze op dat moment worden verondersteld te vinden van een of andere vermomde schlagerzanger(es) die elk maatschappelijk probleem negeert en zich in zijn of haar teksten liever met een totaal egocentrisme in de eigen relatieproblemen wentelt.

Dit wordt geen recensie als de afgelopen jaren, want ik heb te veel mensen ontmoet en gesprekken gevoerd om een groot aantal bands te kunnen zien. Liever sta ik even stil bij enkele vaststellingen in verband met dit festival en bij enkele ontwikkelingen in verband met de hele undergroundscene die me het signaleren waard lijken.

De affiche, die ook dit jaar weer ongeveer 300 bands telde, werd eens te meer beheerst door oudere bands die we in veel, maar gelukkig niet in alle, gevallen als vergane glories kunnen omschrijven. Weinig van deze bands spelen nog in een zelfs maar vaag op de originele line-up lijkende bezetting, een mooie illustratie van het feit dat ook dit milieu vatbaar is voor de valkuilen van de nostalgie. Zelfs op de 'Rebellion Introducing Stage', een podium bedoeld om nieuwkomers te ontdekken, verschenen regelmatig bands die nog nooit op het festival hadden gespeeld, maar ondertussen wel al uit veertigers bestonden. Gelukkig waren er ook heel wat jongere bands en zij wisten het verschil met hun muzikale voorgangers wel te maken.

Als men het publiek in leeftijdsgroepen indeelde, viel een duidelijke tweedeling meteen op. Het grootste gedeelte bestond uit vijftigers en ouder, zeg maar de veteranen van de 70s en 80s. De tweede grootste groep waren de mensen jonger dan dertig jaar. De groep daartussenin ontbrak grotendeels. Daar zijn ongetwijfeld meerdere oorzaken voor aan te wijzen, zoals de ticketprijzen in tijden van hoge inflatie, de werk- en gezinsverplichtingen van veel dertigers en veertigers of de afwezigheid van publiekslokkers met een aantrekkingskracht op mensen die in de 90s jong waren, maar dat verklaart eigenlijk de aanwezigheid van die jongere bezoekers niet. Eigenlijk is er maar een oorzaak waarom jongere mensen die tot de punkscene aangetrokken kunnen voelen en dat is dat ze redenen zien om zich daar thuis te voelen.

Veel van die jonge mensen kwamen uit allerlei niet-Europese landen, van Zuid-Amerika tot Zuid-Oost-Azië, wat meteen een zoveelste argument is om eindelijk te stoppen met die verheerlijking van Londen of New York als de epicentra van muzikale cultuur. In de undergroundscene zijn die steden al lang niet meer zo relevant als veertig jaar geleden en dat zouden ze ter plekke ook wel eens mogen beginnen te beseffen. Op de festivalaffiche stonden in elk geval ook bands uit onder meer Brazilië, Indonesië, Zuid-Korea en China.

Een hoop andere jonge mensen woonden dan weer wel op de eilanden van de Britse archipel. Dat ligt niet enkel aan de voor hen natuurlijk gemakkelijkere en goedkopere verplaatsingen naar Blackpool, maar ook aan een algemene trend in de Britse samenleving. Zo zijn onlangs de resultaten verschenen van een peiling naar de mening van Britten tussen 18 en 26 jaar oud over de Brexit. Zij waren destijds te jong om aan het beruchte referendum deel te nemen, maar zitten nu wel met de gevolgen. Het resultaat was niet echt voor discussie vatbaar, want maar liefst 80 percent heeft aangegeven dat het Formerly United Kingdom (FUK) onmiddellijk weer tot de EU zou moeten toetreden.

Al die jonge mensen zijn natuurlijk niet blind voor de realiteit. Vooral in het FUK hebben ze meer dan genoeg redenen om te protesteren. Karl Marx had het indertijd fout met zijn voorspelling dat het communisme de grootste kans op een succesvolle revolutie had in de industriële steden van Groot-Brittannië, maar ook nu heeft de Britse jeugd meer redenen om het dominante economische model te verwerpen dan in andere West-Europese landen. Er is natuurlijk overal sprake van hoge inflatie, stijgende facturen, dalende koopkracht en aanverwante problemen, maar in het FUK is de ongelijkheid nog wat groter dan elders, met enerzijds welstellende gezinnen die zich alles kunnen permitteren en anderzijds jongeren die opgroeien in het besef dat ze armer zijn dan hun ouders, die nochtans de jaren van wijlen Margaret Thatcher hebben moeten doorstaan. De kans op sociale mobiliteit of zelfs maar op het kopen van een eigen woning zijn volledig verdwenen, maar ondertussen zien ze wel dat de Britse regering, niet langer gehinderd door enige Europese regel, de financiële sector en zijn parasieten alle kansen blijft geven om steeds grotere winsten naar tropische eilanden te versassen.

Volgens Bob Vylan beginnen mensen op oudere leeftijd vaak meer naar rechts te leunen, zoals hij het noemde. Hij verwoordde het bondig: 'Old punks, we love you, but if you lean to the right, you can fuck off'. Achteraan de zaal kon ik het niet goed zien, maar ik heb me laten vertellen dat enkele mensen hierop de Empress Ballroom hebben verlaten. Het is natuurlijk ook mogelijk dat ik te zeer naar links leunde om de uitgang goed te kunnen zien. In elk geval zijn er hier en daar wel degelijk mensen in ons alternatief milieu te vinden die blijkbaar niet ongevoelig zijn voor de destructieve mythologie van het nationalisme. Hij zou die uitspraak niet hebben gedaan indien hij niet voordien nu en dan mensen had ontmoet die plots, al hun T-shirts ten spijt, conservatieve ideeën begonnen te verdedigen.

Het FUK is onderling verdeelder dan het sinds de 80s is geweest en dat is er ook aan te zien. Elk jaar zien we op Rebellion wel enkele misleide enkelingen met een verdacht T-shirt van bands als Condemned 84, Close Shave of Resistance 77, een band die niet eens van zichzelf beseft dat ze er foute ideeën op nahouden, maar zij vallen in het niets in vergelijking met de 7.000 anderen met heel tegengestelde overtuigingen. Op straat heb ik evenwel ook twee mensen gezien met T-shirts met een rechts opschrift die duidelijk niets met het festival te maken hadden. In beide gevallen ging het om zestigers die er uitzagen als gefrustreerde marginalen met een sociaal appartement en een drankprobleem.

De jongeren die ik heb gezien, verwerpen al dat nationalisme en aanverwante manipulatieve ideeën totaal en focussen zich op hun eigen identiteit in een vijandige wereld. Centraal daarin staat de strijd om gendergelijkheid, al sinds de opkomst van de suffragettes anderhalve eeuw geleden de belangrijkste politieke strekking ter wereld. Men kan discussiëren over de omvang van fascisme, communisme en aanverwanten, maar de genderverhoudingen hebben een impact op letterlijk iedereen en dat heeft de Britse undergroundscene goed begrepen. Alle jonge punks die ik gedurende het weekend heb gezien, lieten duidelijk merken, zowel in hun uiterlijk als tijdens de concerten, dat iedereen zich in hun ogen een eigen identiteit mag aanmeten en dat die identiteit een pyschologisch gegeven is dat los moet kunnen staan van afkomst of tradities.

Als Punk een toekomst wil hebben, is de weg ernaar ons hier getoond. Daar waar Belgische punkconcerten vaak worden bezocht door traditionele gezelschappen van vaak oudere mannen die zich vooral op de inhoud van hun bierglas concentreren [1], ging het hier grotendeels om jonge vrouwen met een extravagante look die zich uitbundig gedroegen op muziek doorweven met de rode draad van de strijd tegen de nog steeds doorwegende rollenpatronen [2]. Dit is de toekomst van de undergroundscene en als we die boot missen, blijven we vastzitten in wat gewoon harder gespeelde rockmuziek is en zal geen enkele muzikale noot enige maatschappelijke impact hebben. Men kan natuurlijk argumenteren dat dit ook niet hoeft en dat muziek gewoon artistieke creatie of entertainment is. Dat kan best uw standpunt zijn, maar dan hebt u niets met de punkscene te maken. Punk zonder standpunten is hardrock zonder solo's [3].

Het is dan ook niet verwonderlijk dat de politiek getinte bands op de affiche, op een paar uitzonderingen na, stuk voor stuk levendiger, energieker en gemotiveerder klonken dan hun minder uitgesproken collega's. Niet dat een of andere strekking het hele gebeuren domineerde, want de programmatie draait in de eerste plaats toch vooral om de financiële leefbaarheid van het festival, oftewel om de verhouding tussen inkomsten en uitgaven, en ook op dit vlak werd duidelijk in welke mate het FUK op weg is om een Europees derdewereldland te worden.

Concertorganisatoren in het FUK staan erom bekend zeer weinig te betalen en Rebellion is geen uitzondering op die regel. Ik kan hier uitvoerig uitleggen hoe deze scheefgegroeide situatie is ontstaan en wat de verschillen met ons eigen land zijn, maar dan zou deze tekst echt wel te lang worden. Ik beperk me dan ook tot de vaststelling dat veel bands die afgelopen weekend voor meer dan 2.000 enthousiaste mensen hebben gespeeld daar niet eens 1.000 euro voor hebben ontvangen. De headliners ontvangen natuurlijk meer, maar dat is slechts een klein percentage van de ongeveer 75 bands per festivaldag. De affiche wordt dan ook samengesteld in functie van de bands die voor weinig geld willen spelen, meer dan op basis van de kwaliteit van hun songs. Bovendien moeten die muzikanten het ook nog eens stellen met de verschrikkelijke kost die ze in de backstage kunnen krijgen en met welgeteld drie drankbonnetjes per persoon. Dit alles geldt overigens ook voor de buitenlandse bands, die daarmee dan ook wel hun reiskosten moeten betalen en bijgevolg meestal bedanken voor de eer.

Gelukkig voor het publiek zijn er wel genoeg schitterende punkbands bereid om met die slechte voorwaarden in te stemmen, maar het gevolg is wel dat de affiche nooit een echte doorsnee is van hoe de scene er momenteel uitziet. Het zou allemaal beter kunnen, maar daarvoor moet de levensstandaard van het hele land eerst wat stijgen, want nu kampen zowel de organisatoren, de bands, hun entourage, het publiek en de hele bevolking met een haast Dickensiaanse verarming. Op weg van het hotel naar de Winter Gardens zag ik elke dag bedelaars en daklozen, net alsof ik weer een vakantie in Griekenland had geboekt. Alleen gaat het hier niet om illegale vluchtelingen, maar om de eigen werklozen. Wie zich afvraagt of er nog een reden is om maatschappijkritische songs te schrijven, moet gewoon een korte wandeling maken.

Maar goed, ik moet natuurlijk ook nog iets vertellen over de bands die ik uiteindelijk toch heb weten te zien. Aangezien ik veel bekende namen heb gemist en van veel hieronder vermelde bands slechts een gedeelte van het concert heb gezien, wil ik geen rangorde maken, maar enkele performances verdienen het toch hier expliciet te worden vermeld.

Donderdag 3 augustus

Vielen best mee, maar veel valt er ook niet over te vertellen: Tear Up, The Sporadics, Culture Shock, Eater en Contempt. Idem voor Pete Bentham and the Dinner Ladies, die helaas niet volledig tot hun recht kwamen omdat er, ironisch genoeg, te veel volk in de Opera House stond om vlot door het publiek te kunnen bewegen. Lambrini Girls bestaat uit drie enthousiaste jongedames en was een eerste aanwijzing van de richting die Punk in het FUK uitgaat.

Vielen niet zo hard mee: Crisis en Menace, wegens niet voldoende fut. Idem voor Gang Green, maar dat lag allicht aan het feit dat de zanger recent een beroerte heeft gehad en halfverlamd op het podium stond. Gezien de staat van de Amerikaanse gezondheidszorg heeft hij de inkomsten uit die concerten waarschijnlijk letterlijk nodig om te overleven. Big Country leed dan weer onder een verschrikkelijk slecht afgesteld geluid, waardoor ik het niet langer dan vijf minuten heb volgehouden.

Waren echt wel zeer goed: Colera en Rubella Ballet, die het esoterisch gewauwel ditmaal volledig achterwege hebben gelaten.

Het beste moment van de dag kwam evenwel van Hung Like Hanratty, een bende grapjurken met een gevoel voor subversieve humor die de gimmick van Rick Astley op Glastonbury wisten te perverteren. Eerst vroegen ze de securitymensen voor het podium om hun namen en riepen ze het publiek op om te applaudisseren voor deze hardwerkende mensen die iedereen veilig hielden. Na dat applaus riepen ze diezelfde securitymensen op om de Dog Shit Dance mee te doen, wat ze natuurlijk weigerden, waarop ze hen flauw noemden en het publiek luidkeels 'wankers' begon te roepen, waarna de zaalverantwoordelijke zeer bleek werd en wat politieagenten is gaan zoeken. Heerlijk.

Vrijdag 4 augustus

Vielen best mee, maar er valt niet veel spectaculairs over te melden: Subhumans, 1983, TV Smith and Paranoid Visions, Citizen Fish, Spizzenergi. Verder werd mijn eerdere stelling ook bewezen door Reno Divorce, die de Acoustic Stage bezochten om onder meer de stemvastheid van de zangeres te demonstreren. De krachtigste folk-punk-crossover kwam in elk geval van de Tsjechische band Pirates of the Pubs. Dummy Toys waren dan weer drie Chinese dames met agressieve klanken en een boete voor overdreven snelheid van de singer-songwriterpolitie.

Vielen niet zo hard mee: In Evil Hour, die eens te meer de verkeerde songs hadden geselecteerd, en, ondanks de hilarische naam, Cat and The Underdogs.

Verder bewezen vooral de oude anarcho-bands dat niet elke Brit bij het ouder worden onvermijdelijk een uitgezakte bol cholesterol wordt die amper nog kan bewegen en met moeite de energie vindt om een microfoon vast te houden. Tijdens het concert van de Steve Ignorant Band viel vooral op wat een getalenteerde muzikante en zangeres Carol Hodge is. Er was wat concurrentie, maar uiteindelijk verdient zij zonder meer de trofee voor beste stem van het hele festival. Hägar the Womb was ook weer geweldig, maar moest de podiumact wat aanpassen aan de twee gebarsten ruggenwervels van bassist Mitch, die zittend moest spelen, maar geen noot heeft gemist. Het feit dat hij bovendien niet gelooft in pijnstillers werpt wel een ander licht op de annulatie van The Damned omwille van de rugpijn van Dave Vanian...

Zaterdag 5 augustus

Vielen best mee, maar geweldige verhalen vloeien er niet uit voort: Ferocious Dog, Toxic Reasons, Frenzy, Paranoid Visions en Ghost Dance, waarbij vooral de nog steeds zeer goed klinkende stem van Anne-Marie Hurst opviel. In deze categorie vinden we ook Bad Manners, maar die speelden dan weer vooral instrumentale intermezzi, zodat de zanger niet te veel inspanningen moest leveren. De wel van een geweldige stem voorziene Millie Manders & The Shutup spelen elk jaar voor meer en meer mensen. Ditmaal was de Club Casbah zo goed als volledig volgelopen voor deze originele artieste die het vreemd genoeg wel heeft nagelaten een paar van haar beste songs te spelen.

Vielen niet zo hard mee: Duncan Reid and The Big Heads, die er in oktober 2023 definitief mee stoppen en blijkbaar de oude energie deze keer niet meteen terugvonden. Gelukkig hebben ze zondagavond nog een tweede kans gekregen op de afterparty-shows in The Rose and Crown. Zounds is een twijfelgeval, maar om een of andere reden kwamen de schitterende songs deze keer niet echt over. Dat betekent niet dat ze overdreven nerveus waren, want op het podium maakten ze een zeer ontspannen indruk. Tussen twee nummers in nam zanger Steve Lake zelfs zijn gsm uit zijn broekzak om een sms van zijn dochter te lezen. Screaming Dead was dan weer gewoon pathetisch slecht.

Waren echt goed: Raw Power, die zich niet van bindteksten onthielden om de energieke flow niet te breken, maar omdat ze gewoon niet genoeg Engels spreken om iets zinvols te vertellen, en Die Toten Hosen, die de dag voordien de backstage hadden afgedweild op zoek naar gastzangers, waardoor we ook sneller gespeelde versies kregen van nummers van Spizzenergi, The Boys en The Adverts. Ze hadden in elk geval hun eigen legioen fanatieke fans mee die alles konden meezingen, wat iemand in het publiek ertoe bracht de sfeer te vergelijken met concerten van Cock Sparrer, maar dan met betere muziek.

De avond werd afgesloten door Tokky Horror, een band die officieel niet bij de rest van de line-up past, maar wel de juiste ingesteldheid had. De muziek kunnen we nog het best omschrijven als een mix tussen drum&bass en de Thunderdome-compilaties, inclusief schaars geklede zangeressen die tussen het publiek dansten, maar dan met ultrafeministische teksten bedoeld om mannen van middelbare leeftijd te confronteren met het onrecht dat ze van generatie op generatie hebben doorgegeven. Dat klinkt als een overdreven confronterende boodschap, maar is dat niet de bedoeling van heel de punkscene?

Zondag 6 augustus

Waren best goed, zonder dat we er veel over hoeven te vertellen: Picture Frame Seduction, The Wasps en het werkelijk bizarre Rites of Hadda, aangevoerd door een kale travestiet die zich tijdens de instrumentale stukjes stond te schminken. The Briefs deden wat we van hen gewoon zijn, maar het klinkt natuurlijk wel elke keer hetzelfde. Bob Vylan maakte niet dezelfde verpletterende indruk als tijdens zijn festivaldebuut in 2022, maar zijn bindteksten waren nog steeds rake aanklachten van het endemisch onrecht in onze maatschappelijke structuren of, simpel geformuleerd, een scheldpartij gericht tegen racisme en de politie. Steel Pulse, in het reggaewereldje een wereldberoemde naam, was gevraagd om de laatste avond in de Empress Ballrooom af te sluiten, wat ze ook overtuigend hebben gedaan. Na de wat vrolijke sound van hun normale set volgden nog een paar bisnummers uit hun klassieke debuut 'Handsworth Revolution', wat meteen duidelijk maakte waarom zo veel jonge punks in de 70s een verwantschap met reggae voelden.

Waren niet zo heel goed: Brix Smith, wiens mix van eigen songs en oude klassiekers van The Fall me net iets te braaf klonk, Republica, wiens britpop uit de 90s niet helemaal bij het geheel paste, en The Cundeez, die om een of andere reden hadden besloten de doedelzakken waarop iedereen zat te wachten amper te gebruiken. Helemaal belachelijk waren The Young Ones. Die bandnaam leek ooit misschien onterecht een goed idee, maar nu alle leden hun vijftigste verjaardag naderen of al voorbij zijn, is het resultaat nogal onnozel.

Ook tijdens deze laatste dag van het grote feest toonden de anarcho-bands dat het mogelijk is voor punks om een respectabele leeftijd te bereiken zonder erbij te lopen als een groot uitgevallen bitterbal met het energiepeil van een versleten dweil. De energiekste punkexplosies van de dag werden ons dan ook gebracht door Conflict en vooral Lost Cherrees, een band die al eeuwen meegaat, maar ook binnen de scene onterecht vaak onder de radar van de meeste liefhebbers blijft hangen.

Volgend jaar vindt Rebellion eens te meer plaats tijdens het eerste weekend van augustus. Er zijn al enkele namen aangekondigd, zoals Cock Sparrer of The Cockney Rejects, wiens aangekondigde definitieve afscheid van vorig jaar dus niet al te ernstig moet worden genomen, maar daarnaast kan ik als een echte scoop nog meedelen dat de affiche nog een heel bijzonder concert zal omvatten dat ik persoonlijk zeker niet wil missen. Volgend jaar viert Charlie Harper, die dit jaar overigens elke dag door het gebouw liep met de lichte tred van een twintiger, namelijk zijn tachtigste verjaardag en dat wordt een waar feest voor iedereen. U kunt er ook bij zijn.

-------------------------------
[1] Het is uiteraard ook dom zonder enige concentratie te drinken. Voor men het weet, heeft men een glas Maes Pils vast. 
[2] In België zien we dat ook wel eens, maar dan eigenlijk bijna uitsluitend in Brussel, niet voor niets de meest diverse stad van het land.
[3] Deze uitspraak zal me ongetwijfeld niet door iedereen in dank worden afgenomen. Tja, ik moet natuurlijk consequent zijn en zelf ook standpunten durven innemen.