Op 5 juli 2022 is Peter Put onverwacht in zijn slaap overleden. Ondanks al die digitale communicatie heeft het enkele dagen geduurd, maar uiteindelijk heeft dit slechte nieuws mij dan toch bereikt en meteen enkele herinneringen doen ontwaken aan die langvervlogen tijden waarin wij elkaar bijna dagelijks zagen.
Peter Put is nooit een modale burger geweest. Hij viel duidelijk en zonder discussie in de categorie der prettig gestoorden, een afwijking van de norm op alle vlakken, maar zonder te vervallen in het ergerlijk gedrag tegenover anderen dat vele andere sociaal onaangepasten bij tijd en stond het ontwijken waard maakt. Peter was evenwel aangenaam gezelschap, steeds zwervend door de rand van onze samenleving, zonder enige ambitie om door de massa als een van hen te worden geaccepteerd.
Iedereen die Leuven in de eerste helft van de jaren 1990 heeft gekend, weet uit de vorige paragraaf al waar Peter Put de meeste van zijn avonden doorbracht. Hij was vanzelfsprekend gedurende een tweetal jaren een vast onderdeel van het meubilair van JH Clockwork, waar zijn gezelschap door iedereen werd geapprecieerd, zelfs na de liters wijn die hij vooral op zondagavonden, vlak voor en na 'Driezelfopjes: de invasie', zijn radioprogramma op Radio Scorpio, uit Judas-glazen nuttigde. Hij deed echter meer dan een stoel bezet houden, want hij heeft er ook wel een paar avonden getapt en, veel belangrijker, enkele maanden gewoond, op de tweede verdieping, in een afgeleefde kamer vlak onder de zolder waar niemand om veiligheidsredenen op mocht komen, vermoedelijk omdat men riskeerde stukken van het dak op het hoofd te krijgen.
Ik kan me de inhoud niet herinneren van de lange gesprekken die we samen hebben gevoerd over experimentele muziek, absurde levensfilosofieƫn en de neiging van conservatieve bewegingen iedereen tot conformisme te dwingen in een futiele poging de chaos in het universum te controleren. Ik ben ook niet zo zeker of al die gesprekken wel interessant genoeg waren om met anderen te delen, want we stonden ook niet elke keer met beide voeten in de nuchtere realiteit. Zijn tijd als medebewoner van het pand herinner ik me echter nog zeer levendig, want dit heeft geleid tot een van de meest onwaarschijnlijke thrillerplots van dit land, een verhaal dat scenaristen niet durven bedenken omdat niemand zou geloven dat zoiets in dit land kan gebeuren.
De precieze data kan ik me niet meer voor de geest halen, maar ik vermoed dat het eind 1995 is gebeurd, een periode waarin Peter wel eens marihuana durfde te gebruiken en dan bedoel ik niet het occasionele trekje van een door anderen toevallig aangeboden joint. Nu en dan bevonden zich wel eens anderen op zijn kamer, waar lange conversaties over imaginaire universa door het gedroogde kruid werden gevoed. Ik was daar niet bij, maar probeerde twee verdiepingen lager mijn roes uit te slapen, me niet bewust van wat Peter te wachten stond.
Op een bepaalde dag werd ik wakker, uiteraard pas vlak na de middag, om te ontdekken dat er een boel rijkswachters door het gebouw liepen. Een mij toen onbekend meisje werd door hen naar beneden gebracht en in een combi afgevoerd. De zoektocht naar de feiten heeft enkele dagen geduurd, maar uiteindelijk bleek dat het meisje, ontevreden over haar thuissituatie, de avond voordien mescaline had gebruikt en door een bezorgde Peter was uitgenodigd om bij hem te overnachten. Alleen was haar vader een rijkswachter [1] die heel zijn netwerk had ingezet om te ontdekken waar zij rondhing en die zijn collega's in Leuven zo ver had gekregen om het gebouw binnen te vallen.
Volgens onze rijkswachter was zijn dochter in gevaar. Weigerend ook eens in de spiegel te kijken of zich vragen bij de cohesie van het eigen gezin te stellen, vertelde hij iedereen dat zijn dochter onder de slechte invloed van een bekende drugsgebruiker stond en dat zij dringend gespecialiseerde hulp nodig had. Toen Peter, die heel de inval domweg had gemist, zich vrijwillig bij de politie ging aanmelden, werd hij gearresteerd. Zij werd dan weer naar een psychiater gesleept, waar zij onder druk werd gezet om allerlei belastende verklaringen af te leggen over haar vrijwillig verblijf bij een goede ziel die haar in een noodsituatie onderdak had geboden. Onze rijkswachter wilde een voorbeeld stellen, gesterkt door de algemeen geldende mening dat JH Clockwork sowieso een oord van verderf was, vol losbandige jongeren die dringend nood aan discipline hadden. En hij had connecties, onder meer bij de bevoegde parketmagistraat, die hem maar al te graag een handje wilde helpen.
Peter werd, hoewel in zijn kamer geen milligram van eender welk verboden middel werd aangetroffen, aangeklaagd voor drugshandel, ontvoering en bendevorming. De verklaring van het meisje werd zo bijgestuurd dat haar verblijf bij hem plots niet meer vrijwillig was en dat hij haar tot het drugsgebruik had aangezet. Hij heeft maanden in de Leuvense Hulpgevangenis in voorarrest gezeten, wachtend tot onze rijkswachter en zijn goede vriend bij het parket probeerden het dossier tegen hem nog te verzwaren. Ten gevolge van de bezoekersregeling mochten zijn vrienden hem niet eens bezoeken, waardoor het wel leek alsof heel de wereld Peter in de steek had gelaten. Helemaal alleen zat hij tussen de echte criminelen, zich afvragend wat hij verkeerd had gedaan.
Na een viertal maanden is het dossier uiteindelijk op het bureau terechtgekomen van de procureur des Konings zelf, die onmiddellijk de vraag heeft gesteld om welke bende het nu eigenlijk ging en welke andere bendeleden bij deze zaak betrokken waren. Daar hadden onze rijkswachter en zijn bevriende medewerkers bij het parket natuurlijk geen antwoord op, want tijdens het onderzoek was letterlijk geen enkele andere naam naar boven gekomen. De procureur des Konings besloot dan maar het imago van zijn dienst te redden en te vermijden dat dit geval van machtsmisbruik te veel aandacht zou krijgen. Peter werd zonder aanklacht vrijgelaten, maar moest wel beloven hier verder over te zwijgen, een belofte die hij beter had geweigerd, maar na al die tijd wilde hij natuurlijk in de eerste plaats uit die cel geraken.
Ik vertel het verhaal hier zoals het is gebeurd en als dat de politiediensten of het parket niet aanstaat, moeten ze maar eens proberen mij te vervolgen. Ik denk niet dat ze dat zullen riskeren, want dan zou heel het dossier alsnog in de openbaarheid komen. In elk geval kunnen we hier een duidelijke conclusie uit trekken. Wie zich niet aan de maatschappelijke normen houdt, wordt een doelwit van zij die van zichzelf vinden dat de maatschappij zonder hun wakend oog niet kan blijven bestaan. Die bewakers van orde en gezag zullen zich niet schamen om hun macht te misbruiken voor persoonlijke wraakacties, vooral als ze de ultieme provocatie moeten ondergaan, namelijk dat bekend zou worden dat zij, zonder wiens bescherming we allemaal weerloze slachtoffers van het moreel verval zouden worden, niet eens in staat zijn hun eigen kinderen van het nut van hun regeltjes te overtuigen.
Ik hoop dat niemand anders dit ooit nog moet ondergaan en dat we ons de rest van ons bestaan kunnen vermaken met de excentrieke levenswandel die mensen als Peter Put ons hebben getoond. Ik zal hem in elk geval nooit vergeten.
----------------------
[1] Zijn achternaam was Deryckere. De voornaam ontglipt me, maar men moet hem niet in de actieve kaders zoeken, want ondertussen is hij natuurlijk al lang met pensioen. Met een beetje geluk is hij zelfs al overleden.