Muziek, België
Een Belgisch ziekenhuis werd de laatste verblijfplaats van Lou Depryck, een stap achteruit voor een man die die het gewend was zich door Thaise prostitué(e)s te laten verwennen. Depryck bracht onder diverse namen verschillende wereldhits uit, niet in het minst de punkparodie 'Ca plane pour moi', die hij liet playbacken door Plastic Bertrand, maar heeft tijdens zijn periode in Pattaya, waar hij een frituur bezat, ook diverse plaatjes in het Thais opgenomen die hier misschien toch net iets minder bekend zijn. Het is bizar dat Bart De Pauw zo ongeveer openbaar is gekruisigd voor een reeks opdringerige sms'en, terwijl Depryck steeds uit het oog van de 'Me Too'- storm is gebleven. Zijn levenswandel zou nochtans een boeiende documentaire opleveren, bijvoorbeeld omdat kandidaat-achtergronddanseressen in de 70s en 80s standaard te horen kregen dat met hem naar bed gaan wel een vereiste was om de job te krijgen.
Bea Van der Maat, ooit nog zangeres bij Chow Chow, maar later als presentatrice van 'Tien om te Zien' overgelopen naar de vijand, leed de ongeneeslijke degeneratieve ziekte ALS en heeft gebruik gemaakt van haar recht op euthanasie, wat nooit een gemakkelijke keuze kan zijn. In veel andere zogenaamd beschaafde landen is dat veel gemakkelijker, want daar heeft men die keuze helemaal niet. De zelfverklaarde leiders van die landen mogen eens komen uitleggen waarom ze patiënten liever maanden of zelfs jaren pijn laten lijden.
In een rusthuis overleed dan weer de Belgische zangeres Samantha, die een hit scoorde met 'Eviva Espana', geschreven door Leo Caerts en door honderden met elkaar om de trofee voor slechtste versie ooit wedijverende derderangsartiesten gecoverd. Gelukkig halen we troost uit de pokkeherrie die zijn kleindochter met Brutus voortbrengt.
In Deurne, sowieso al een mistroostige plek die gewoon door te bestaan al de werklast van de Zelfmoordlijn verhoogt, overleed ook Peter Renkens, bekend om zijn eigen depressies en de mentale problemen die hij veroorzaakte als zanger van The Confetti's.
Muziek, Ierland en het FUK
Het overlijden van Shane MacGowan, wiens achternaam trouwens gewoon als 'Desmet' kan worden vertaald, heeft velen bedroefd, maar eigenlijk niemand verrast. Met zijn opmerkelijk parcours kan men bladzijden en bladzijden vullen zonder ooit te vervelen, iets wat zijn eigen vrouw trouwens heeft gedaan in het zwaar aanbevolen 'A drink with Shane MacGowan', een uitgeschreven collectie gesprekken waarin de zanger dieper ingaat op uiteenlopende onderwerpen als zijn liefde voor de literatuur, zijn steun aan de Ierse eenheid en het IRA, zijn naar hedendaagse normen pedagogisch totaal onverantwoorde thuissituatie, het gradueel verlies van al zijn rotte tanden, de wijze waarop The Pogues door hun manager werd uitgebuit en uiteraard zijn legendarisch alcoholgebruik.
MacGowan kwam voor het eerst in de schijnwerpers te staan in 1976, toen foto's van hem verschenen nadat tijdens een concert van The Clash zijn oor bijna werd afgebeten door Jane Crockford, later nog bassiste bij the Mo-Dettes en de toekomstige vrouw van de drummer van Madness. Die schijnwerpers schenen later nog feller, toen hij zich als frontman van The Pogues de opdracht had gegeven de invloed van traditionele Ierse muziek door middel van eigentijdse bewerkingen te herstellen.
Alcohol was voor hem een existentiële steunpilaar om die missie tot een goed einde te brengen en Mac Gowan heeft meer gedronken dan alle andere overledenen in dit overzicht samen, maar dat ging natuurlijk ten koste van zowat elk orgaan in zijn lichaam en het is voor veel dokters een raadsel hoe hij de leeftijd van 65 jaar nog heeft bereikt. Na zijn overlijden werd hij door soms onterecht veel grotere sterren als Bruce Springsteen, Bob Dylan, Paul Simon, Nick Cave en Tom Waits geëerd als een van de grootste songwriters van de Twintigste Eeuw.
Minstens even belangrijk was het werk van Geordie Walker, als gitarist en medeoprichter van Killing Joke verantwoordelijk voor de unieke sound waarmee ze tientallen bands zouden beïnvloeden, van Ministry tot Metallica en van Nirvana tot Nine Inch Nails. Drummer Paul Ferguson omschreef hun muziek ooit als “the sound of the earth vomiting”, wat meteen duidelijk maakt om wat voor vrolijke knapen het gaat. Walker liet zich door zanger Jaz Coleman meeslepen in een fascinatie voor het occulte, waardoor hij onder meer ooit twee jaar doorbracht in IJsland, in een poging de nakende apocalyps te overleven. Op het einde der tijden moeten we nog even wachten, maar Walker overleed in 2023 aan een beroerte.
Niet minder invloedrijk waren The Smiths, toonaangevende grondleggers van wat men kort nadien 'Indie' zou noemen. Als er ooit een reünie komt, zal het in elk geval zonder bassist Andy Rourke zijn. Na de split van de band had Rourke eigenlijk recht op een substantieel gedeelte van de toekomstige royalties, maar aangezien hij geld nodig had om zijn heroïneverslaving te betalen, heeft hij zich met 83.000 pond en 10 percent van de toekomstige inkomsten tevreden gesteld. Drummer Mike Joyce heeft de rechtszaak voortgezet en heeft uiteindelijk meer dan 1.000.000 pond gekregen. Het is eens een nadeel van drugs dat minder in het nieuws komt.
Wie zich afvraagt of veelvuldig misbruik tijdens de jeugdjaren het leven van een volwassene kan beïnvloeden, hoeft enkel naar de verwarde en verwarrende standpunten van Sinead O'Connor te kijken. Getekend door enkele trauma's ging ze heen en weer tussen een afkeer van de katholieke kerk, een priesterwijding, een oproep tot een verenigd Ierland, een afkeer van de Ierse republiek en een bekering tot de islam. Tussendoor maakte ze ook plaatjes, maar eigenlijk had ze meer aan de hulp van psychiaters dan aan de verering van fans.
Verder moeten we het voortaan ook stellen zonder Alan Rankine, waardoor er geen originele oprichters van The Associates meer overblijven, Steve Mackey, ooit nog bassist bij Pulp,
Algy Ward, bassist bij The Saints in hun beste jaren en nadien bij The Damned in hun aanvaardbare jaren, Jeff Beck, gitarist bij The Yardbirds en een dozijn andere bands, Keith Reid, die zelf geen noot muziek kon lezen, maar wel letterlijk alle teksten van Procol Harum heeft geschreven,
Wee Willie Harris, een Britse rocker die eind jaren 1950 al met groengeverfd haar rondliep terwijl de latere punks nog in de kleuterklas zaten en Les Maguire, de laatste overlevende van de originele Gerry & The Pacemakers.
Roger Whittaker verkocht tijdens zijn leven meer dan 50 miljoen platen, maar toch heeft zijn vader hem tot zijn laatste dag nooit vergeven dat hij zijn studies geneeskunde had opgegeven om voor een leven als muzikant te kiezen en zijn ouders hebben geweigerd deel te nemen aan een documentaire van de BBC over zijn leven en zijn carrière.
Paul Cattermole, een naam die terecht slechts weinigen meteen herkennen, was lid van de commercieel zeer succesvolle band S Club 7, die wereldwijd toch maar liefst 14 miljoen platen wist te verkopen. S Club 7 had ook een manager, met als gevolg dat Cattermole financieel compleet aan de grond zat en uiteindelijk zelfs zijn trofeeën, zoals de prestigieuze Brit Award, op E-Bay moest zetten. De totale activa van de manager in kwestie bedragen daarentegen meer dan 600 miljoen euro.
Tot slot is Jamie Reid, grafisch ontwerper van een aantal iconische hoezen, niet langer creatief. Zijn bekendste werkstuk is ongetwijfeld de collage op de hoes van de single 'God save the queen', een antimonarchistische tirade over hoe de Britse bevolking door haar eigen upper class wordt uitgebuit.
De song werd verboden door de censuurcommissie van de BBC, die officieel uiteraard een andere naam droeg, en verschillende leden van de band en hun entourage werden op straat aangevallen door royalisten met scheermessen. Ondertussen is de hoes door Q Magazine uitgeroepen tot “greatest record cover of all times” en hangt het origineel in de National Portrait Gallery in Londen. Recuperatie is ook een vorm van uitbuiting.
Muziek, Canada en de VS
Jerry Moss was een van de oprichters van het label A&M Records. De 'M' verwijst overigens naar zijn achternaam, net zoals de 'A' verwijst naar Herb Alpert. Moss is een typische illustratie van de zegswijze 'Never trust a hippie', want hoewel A&M oorspronkelijk was opgericht om de artiest centraal te stellen en de nodige creatieve vrijheid te gunnen, verkochten ze hun bedrijf na enkele jaren voor 500 miljoen USD aan Polygram, ondertussen eigendom van Universal Music Group. Het contract bevatte wel een zogenaamde integriteitsclausule, die stelde dat Polygram de oorspronkelijke principes van het label moest respecteren. Toen dat in de praktijk niet bleek te gebeuren, spanden Alpert en Moss een rechtszaak aan, waarna ze een schadevergoeding van 200 miljoen USD ontvingen. Daarvan is geen cent naar de betrokken artiesten gevloeid en Polygram heeft zijn beleid ten aanzien van hen niet aangepast.
Een beroerte betekende het einde voor Glen Locket, bekender als SPOT, de producer van tientallen invloedrijke platen van bands als Black Flag, Descendents, Misfits, Hüsker Dü, Meat Puppets of Minutemen en als zodanig rechtstreeks verantwoordelijk voor de typische sound van de Amerikaanse underground in de 80s en bijgevolg onrechtstreeks verantwoordelijk voor de grunge-sound die hierop was gebaseerd. Locket had een zwarte vader, maar in tegenstelling tot de clichés groeide hij wel degelijk op in een rijke wijk van Hollywood, waar hij uiteraard minder risico liep om door de politie te worden doodgeschoten.
De naam Gilbert Levey klinkt weinigen bekend in de oren, maar onder het pseudoniem Goa Gil was hij als DJ en organisator wel verantwoordelijk voor de opkomst van psychedelische stijlen als Goa en Psytrance. Als een zogenaamde sadhu had hij in de voormalige Portugese kolonie voor een ascetische levensstijl gekozen en wereldse bezittingen afgezworen. Het is maar de vraag in welke mate die boodschap echt werd begrepen door de meestal welstellende westerse toeristen die het strand bezochten om al dansend kilo's pillen te slikken.
Na de dood van Tom Verlaine wordt een reünie van Television wel zeer onwaarschijnlijk. Hoewel de band meestal bij de proto-punk wordt gerekend en deel van de CBGB's-scene uitmaakte, liet onze naar een Franse poète maudit vernoemde aspirant-bohémien van Litouwse afkomst zich vooral door jazzmuzikanten inspireren.
Monte Cazazza probeerde vooral te shockeren om de aandacht op zichzelf te vestigen, maar ondanks al zijn slechte eigenschappen was hij wel de bedenker van de term 'industrial music'. Er waren natuurlijk ook andere manieren om de aandacht te trekken, zoals toekomen op een feestje bij wat aanvankelijk vrienden waren met een dode kat en die vervolgens in brand steken.
Wayne Shorter, als jazz-saxofonist uiteraard nergens in mijn platencollectie te vinden, moeten we vooral erkentelijk zijn voor de opvang van Tina Turner toen ze in 1976 op de vlucht was voor de mishandelingen van haar weerzinwekkende vent. In die tijd was er nog geen sprake van georganiseerde vluchthuizen voor mishandelde vrouwen, laat staan van solidariteit in de media of zelfs maar de kans dat een of andere officiële instantie de klachten ernstig zou nemen. Niet alles was vroeger beter.
Door een speling van het lot is diezelfde Tina Turner een paar maanden later zelf ook overleden. Over het leven van deze boeddhiste is al veel geschreven, maar wat weinigen weten, is dat ze haar pseudoniem niet eens zelf heeft gekozen. De achternaam was natuurlijk die van Ike Turner, maar die bedacht ook de voornaam. Meer nog, hij heeft de volledige naam zelfs als een trademark laten registreren, zodat hij, in ware K3-stijl, zangeressen zou kunnen inruilen en toch met dezelfde bandnaam zou kunnen blijven optreden. Ondanks haar latere afkeer van Ike Turner, heeft ze nooit de moeite gedaan die door hem opgelegde naam te veranderen. Verder is het waard op te merken dat haar comeback-hit 'What's love got to do with it' uit 1983 een cover was. Men zal het niet geloven, maar het origineel was zowaar van Bucks Fizz, die twee jaar eerder het toenmalige Eurovisie Songfestival hadden gewonnen.
Jim Gordon was een bekende sessiedrummer in de Amerikaanse en Britse muziekscene die ooit samenwerkte met Frank Zappa, Eric Clapton, The Beach Boys, Joe Cocker, The Byrds, Steely Dan, Art Garfunkel en nog een hoop muzikanten met een groot studiobudget. Zijn carrière nam evenwel nogal een duik toen hij in 1983 zijn moeder vermoordde in opdracht van de stemmen in zijn hoofd. Hij was eigenlijk al jaren psychotisch, maar had nooit de juiste diagnose gekregen omdat dokters zijn wild gedrag bleven associëren met een alcoholverslaving.
De Amerikaan Mylon LeFevre speelde wat men in de VS 'christian rock' en in Europa belachelijk noemt, maar zijn leven is vooral belangrijk voor de juristen onder ons. Hij is er namelijk in geslaagd een contract met een platenlabel te laten ontbinden door zich te beroepen op zijn status als 'born again christian'. Het argument is dat hij door die wedergeboorte een nieuwe persoon is die niet meer is gebonden door de verbintenissen die zich vroegere zelf is aangegaan. Velen zullen het niet willen geloven, maar hij heeft die zaak wel degelijk gewonnen.
Lisa Marie Presley was de dochter en na verloop van tijd ook de enige erfgename van Elvis Presley, wat haar al vanaf een jonge leeftijd voorgoed van alle financiële bekommernissen verloste. Dat was een goede zaak, want haar privéleven zorgde voor al genoeg kopzorgen. Haar eerste echtgenoot bezorgde haar twee kinderen, waarvan er eentje op jonge leeftijd zelfmoord pleegde, maar eigenlijk klinkt dat minder traumatiserend dan haar daaropvolgend huwelijk met Michael Jackson. Daarna volgde Nicholas Cage, die al na drie maanden een scheiding aanvroeg. Tot slot vervoegde ook gitarist Michael Lockwood de lijst met huwelijksakten. Ze kregen een tweeling, met voor Lisa Marie ook nog gratis en voor niets een verslaving aan pijnstillers erbij. Om alles nog wat erger te maken, werd ze gedurende jaren door zeer foute vrienden, waaronder de gelukkig al overleden Isaac Hayes, blootgesteld aan de propaganda van Scientology, maar ze wist zich na enkele jaren zonder al te veel kleerscheuren aan de klauwen van deze criminele sekte te ontrukken. Naast al die huwelijks- en andere problemen, kampte ze ook nog met de genen van haar vader, waardoor ze een maagring moest laten plaatsen, een ingreep die zo goed werd uitgevoerd dat het uiteindelijk tot haar dood zou leiden. Lise Marie heeft drie LP's uitgebacht waarvan geen enkele lezer van dit overzicht zich de titel kan herinneren.
Verder moeten we het ook stellen zonder Gary Young, de eerste drummer van Pavement die er tijdens hun vroege concerten een gewoonte van maakte het publiek bij de ingang van de zaal te verwelkomen door hen groenten te overhandigen, zonder Van Conner, als bassist van The Screaming Trees een bandmaat van de vorig jaar overleden Mark Lanegan, zonder David Crosby, een uitgesproken aanhanger van Bernie Sanders met een eigen bedrijf voor de productie van medicinale cannabis die helaas ook muziek heeft gemaakt, zonder Burt Bacharah, een bezig bijtje wiens songs door meer dan duizend artiesten zijn opgenomen, Gary Rossington, die aan het overleven van de vliegtuigcrash die zijn band Lynyrd Skynyrd had gedecimeerd wel een verslaving aan opioïde pijnmedicatie had overgehouden, zonder Jack Lee, wiens obscure song 'Hanging on the telephone' door Blondie plots tot een classic werd gepromoveerd, zonder Rick Froberg, zanger van onder meer Drive Like Jehu en Pitchfork, zonder Randy Meisner, die als bassist van The Eagles zo Amerikaans was dat zijn tweede vrouw zich enkele jaren geleden per ongeluk met haar eigen geweer heeft doodgeschoten, zonder Robbie Robertson, gitarist bij The Band en lange tijd lid van de begeleidingsband van Bob Dylan, zonder Napoleon XIV, die de begrafenisondernemers dan uiteindelijk toch hebben meegenomen, zonder April Stevens, de originele zangeres van het nummer 'Deep Purple' waarnaar een redelijk bekende Britse band zich later heeft genoemd, zonder de kort na elkaar gestorven broers Robbie Bachman en Tim Bachman, respectievelijk drummer en gitarist bij Bachman-Turner Overdrive en zonder Keith Gattis, een countryzanger die zeer passend in een ongeval met een traktor is gestorven.
Zoals elk jaar volgt natuurlijk ook nog een lijst met jong overleden rappers, wat helaas nooit resulteert in een significante inkrimping van de desbetreffende beroepscategorie. Een zekere Gangsta Boo wist de sfeer op het familiefeest erin te brengen door op nieuwjaarsdag een overdosis te nemen vlak voor de deur van het huis van haar moeder. In Zuid-Afrika werd AKA vlak voor een restaurant doodgeschoten, uiteraard nadat hij eerder was gelinkt aan het verdachte overlijden van zijn vriendin. Niet ver daarvandaan overleed Costa Titch zowaar op het podium, maar de doodsoorzaak is nog steeds niet bekendgemaakt. Koko Da Doll is op straat doodgeschoten, maar zij was dan ook transgender en dat wordt in dat machowereldje niet hard op prijs gesteld. Pacho el Antifeka werd neergeschoten in Puerto Rico, maar ook daarvoor is nog niemand gearresteerd. De band De La Soul heeft zich daarentegen altijd tegen al dat geweld in het hiphopwereldje afgezet en zanger David Jolicoeur is dan ook gewoon aan hartfalen overleden.
Muziek, al die andere landen...
Een zeer inspirerende muzikant die we nooit meer zullen zien, is Ryuichi Sakamoto, een pionier in de elektronische muziek wiens invloed enkel wordt geëvenaard door Kraftwerk, een band waarmee hij trouwens een afkeer van kernenergie deelde. Sakamoto was dan ook even zeer activist als componist en was zeer uitgesproken in zijn kritiek op de wijze waarop enkele grote bedrijven het auteursrecht misbruiken om zich te verrijken ten koste van zowel artiesten als hun publiek.
Het is eigenlijk spijtig dat Jane Birkin altijd met Serge Gainsbourg wordt geassocieerd, net alsof ze niet meer dan een aanhangsel van zijn carrière was. Deze dochter van een Britse spion en een theateractrice, een bijzin die klinkt alsof hij uit een scenario is gekopieerd, heeft nochtans een veelzijdig leven geleid en heeft meer dagen besteed aan het betogen tegen extreemrechts dan aan het opnemen van filmscènes.
In Jamaica overleed Lord Creator, wiens song 'Independent Jamaica' de allereerste release op het zeer invloedrijke label Island Records werd.
In Australië stelde men dan weer de dood vast van Rolf Harris, een zanger die jaren voor zijn uiteindelijke veroordeling voor maar liefst acht verschillende zedenfeiten met minderjarige meisjes al door zowel Splodgenessabounds als Wat Tyler belachelijk werd gemaakt.
Een naam die hier niet meteen duizenden belletjes doet rinkelen, is die van Rita Lee, voormalig zangeres van de Braziliaanse psychedelische rockband Os Mutantes. Zo obscuur was ze nochtans niet, want ze heeft doorheen haar carrière in totaal 55 miljoen platen verkocht. Os Mutantes leverde in de jaren 1970 zeer uitgesproken kritiek op de militaire junta, maar werd door de linkste studenten van die tijd uitgespuwd omdat hun muziek te westers klonk. De band heeft in 2006 een reünietournee gehouden, maar Rita Lee wilde hier geen deel van uitmaken omdat ze vond dat de andere bandleden “geld wilden verdienen voor de geriatrie”. Over die uitspraak mogen bepaalde Europese en Amerikaanse has-beens ook wel eens nadenken.
De naam Astrud Gilberto klinkt al iets bekender, maar ook zij heeft een nogal ambivalente relatie met de inkomsten uit haar muziek. Door toedoen van de blijkbaar nogal antipathieke Stan Getz, overigens een van de sterren aan het jazzfirmanent waar de reeds vermelde Tom Verlaine zonder al te veel achtergrondkennis graag naar verwees, heeft ze aan de opnames van de miljoenenhit 'The girl from Ipanema' 120 dollar aan loon en 0 dollar aan royalties verdiend.