Een overzicht als dit laat natuurlijk vermoeden dat die bekende gezichten veel belangrijker zijn dan al die andere mensen die nooit het nieuws hebben gehaald, maar even goed in 2024 hun laatste dagen hebben geteld. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Deze tekst is niet meer dan een overzicht van spraakmakende overlijdens, wat niets afdoet aan al het menselijk lijden dat we daarnaast overal hebben kunnen observeren, overigens meestal zonder er ook maar iets aan te doen.
Veel belangrijker dan eender wie in deze lang uitgevallen lijst zijn de duizenden mensen die weer eens zijn gesneuveld in gewapende conflicten tussen grote leiders en hun collaborateurs, die zich gemakkelijkheidshalve blijven verschuilen achter de gebruikelijke verwijzingen naar allerlei pseudo-ideologische argumenten om hun eigen machtshonger wat makkelijker verteerbaar te maken.
Politiek
Op de valreep, minder dan 48 uur voor het officiële jaareinde, namen de Amerikanen afscheid van de pindaboer Jimmy Carter. Over zijn presidentschap is al veel geschreven, maar enkele opmerkelijke feiten worden in de traditionele carrièreoverzichten nogal gemakkelijk over het hoofd gezien. Carter was een voorvechter van de burgerrechtenbeweging, van een inperking van de nucleaire wapenwedloop, van een energietransitie weg van fossiele brandstoffen en van een betere bescherming van het milieu, maar dat betekent niet dat er geen ruimte voor kanttekeningen is.
Carter heeft zich hard ingespannen voor een blijvende vrede in het Midden-Oosten en de beroemde Camp David-akkoorden hebben hem de Nobelprijs voor de Vrede opgeleverd. Al die inspanningen hebben de Palestijnen of de rest van de Arabische wereld evenwel niets opgeleverd, met als gevolg dat de Egyptische president Sadat amper drie jaar na de ondertekening door enkele van zijn eigen soldaten werd vermoord. Ondertussen is Gaza het afgelopen jaar veranderd van een openluchtconcentratiekamp in oefenterrein met wel zeer realistische doelwitten voor de Israëlische artillerie en luchtmacht. Blijkbaar wordt die Nobelprijs toegekend op basis van inzet en niet op basis van resultaat.
Verder was Carter nauw betrokken bij de deregulatie van verschillende Amerikaanse industrieën, zoals de luchtvaart, en keurde hij vlotjes financiële hulp goed om het noodlijdende Chrysler van het faillissement te redden, een mooie vooruitblik op de gigantische bail-out na de bankencrisis van 2008. Het kapitalistisch model was in elk geval veilig in zijn handen.
Opvallender nog zijn de presidentiële verkiezingscampagnes. In 1976 moest hij het opnemen tegen Gerald Ford, president ad interim na het ontslag van Richard Nixon. Dat leek een gemakkelijke opgave, want de republikeinse partij was zwaar beschadigd door het Watergate-schandaal, maar uiteindelijk haalde Carter slechts 50,1 percent van de stemmen binnen. De mensen die denken dat de herverkiezing van Donald Trump een verrechtsing van het Amerikaans electoraat betekent, moeten daar maar eens over nadenken.
Er is trouwens nog een opvallende gelijkenis tussen de campagnes van 1976 en 2024. Carter kreeg toen zeer opvallend de steun van zowat alle media, van kranten tot televisiezenders. Trump heeft nu dezelfde steun gekregen, maar dan in de vorm van de socialemediaplatformen die in het leven van veel mensen de traditionele nieuwskanalen hebben vervangen. De democraten zijn blijkbaar niet eens competent genoeg om uit hun eigen overwinningen te leren.
De vergelijkingen stoppen daar overigens niet, want ook uit zijn verlies tegen het moreel vacuüm Ronald Reagan hebben de democraten helemaal geen lessen getrokken. De campagne van Carter focuste haast uitsluitend op het demoniseren van de tegenkandidaat, net als zowel Biden als Harris ook maandenlang hebben gedaan. Als u kiezers ervan kan overtuigen dat een andere kandidaat of partij slecht is, betekent dat echter niet dat diezelfde kiezers u of uw partij automatisch goed zullen vinden. Zo simpel is het. Wie zijn tijd verliest door de plannen van de tegenstanders te bekritiseren, komt over als iemand die zelf geen plannen heeft. Een belangrijke vraag is dan ook waarom de democraten de donaties van hun kiezers blijven weggeven aan duurbetaalde consultants die niets bereiken.
In eigen land overleed Ahmet Koc, een cryptofascist met een religieus laagje verf over zijn autoritaire trekjes, die na zijn verdediging van het beleid van Turks president Erdogan uit de sp.a werd gezet. Hij wierp zich op als verdediger van etnische minderheden, maar moest wel regelmatig voor de rechtbank verschijnen voor feiten gaande van drugsgebruik tot verkrachting. Spijtig genoeg is zijn rol ondertussen overgenomen door Fouad Ahidar, die minstens even gevaarlijk en zeker even dubieus te noemen valt.
Verder zijn we ook bevrijd van Roeland Raes, een veroordeelde negationist en medewerker van zowat elke extreemrechtse organisatie die het Vlaamse Gewest ooit heeft gekend. Het moeten aangename familiefeestjes zijn geweest, want eigenlijk kwam hij uit een socialistisch gezinde familie en zijn broer stond bekend als een andersglobalist die nog lid van de partij Groen is geweest.
Iets eerder in het jaar rouwde men in Bree in zeer beperkte mate om het overlijden van voormalig burgemeester Jaak Gabriels, wiens naam overigens overal steevast fout wordt geschreven, want op zijn paspoort stond wel degelijk geen trema op de 'e'. Gabriels was om onverklaarbare redenen lange tijd populair in zijn gemeente, maar eigenlijk was hij gewoon een corrupte liberaal die in 2020 samen met enkele bedrijfsleiders eindelijk werd veroordeeld. Hij begon zijn politieke carrière bij de Volksunie, die hij als voorzitter electorale nederlagen bezorgde door steeds meer toenadering tot de VLD te zoeken. Hij koos dan maar voor de vlucht vooruit door gewoon naar die laatste partij over te lopen en zo zijn eigen carrière veilig te stellen. In 2012 werd hij niet meer herverkozen als burgemeester, misschien omdat hij als 69-jarige niet heel ernstig overkwam op de eerste plaats van de plaatselijke lijst genaamd 'Verjonging'.
Tussen 1973 en 1990 speelde de West-Vlaamse bankier Jacques De Groote wel mee op hoog niveau. Hij had leidinggevende functies bij de Nationale Bank van België, bij het Internationaal Monetair Fonds en bij de Wereldbank. Uiteraard is hij uiteindelijk voor fraude veroordeeld. Dat mag eigenlijk niemand verbazen.
Aan de andere kant van het genderspectrum nam men afscheid van Miet Smet, minister van Staat en gewezen staatssecretaris, volksvertegenwoordiger en lid van het Europees Parlement. Smet maakte deel uit van de progressieve vleugel van de CVP, later omgedoopt tot CD&V, een partij die om onverklaarbare redenen nog steeds de dorpspolitiek domineert. Ze werd vooral bekend voor haar inzet voor vrouwenrechten, vluchtelingen en ontwikkelingslanden, maar eigenlijk kwam ze in eerste instantie uit de milieubeweging en was ze in 1971 een van de medeoprichters van de Bond Beter Leefmilieu. Wie hieruit afleidt dat haar memoires het lezen waard moeten zijn, moet wel op zoek naar een exemplaar, want uitgeverij Lannoo vond het niet de moeite waard meer dan vijfhonderd exemplaren te drukken. Tot slot is het wel opmerkelijk dat ze de laatste jaren van haar leven een relatie had met Wilfried Martens, die nochtans in 1999 had geweigerd nog op de Europese lijst te staan uit afgunst om het feit dat Smet de eerste plaats op die lijst had gekregen.
In Nederland overleed voormalig premier Dries Van Agt. Aangezien hij een christendemocraat was, vallen per definitie veel kritische bemerkingen over zijn beleid te formuleren, maar we mogen toch niet negeren dat hij in zijn latere leven progressievere standpunten innam, vooral als een uitgesproken verdediger van de Palestijnen en een tegenstander van een steeds agressiever zionisme. De man kon zichzelf ook wel wat relativeren, want zijn politiek bestaan omschreef hij ooit als “een eendagsvlieg die reïncarneerde in een resistent reptiel”. Zijn levenseinde is in elk geval een boodschap aan zij die niet langer in romantiek geloven, want Dries en zijn vrouw zijn samen, hand in hand, gestorven tijdens wat ze in Nederland duo-euthanasie noemen.
In Frankrijk overleed Frédéric Mitterand. Hij was de neef van de voormalige president, maar ideologisch stond hij wel in een heel andere hoek. Het blijft verbazen dat toenmalig president Sarkozy hem destijds tot minister van Cultuur heeft benoemd, want als frequent en openlijk bezoeker van de bordelen van Bangkok was hij duidelijk veel geschikter voor de rol van minister van Toerisme.
Kanker werd sir David Younger fataal. Hij was tot aan zijn pensioen de Lord Lieutenant of Tweeddale, de nieuwe naam voor de vroegere Lord Lieutenant of Peeblesshire. De Lord Lieutenant is de officiële vertegenwoordiger van de monarch in de Britse counties. Zo is hij onder meer verantwoordelijk voor de vrederechters en de rechtbank die zich uitspreekt over de fiscale beroepszaken. De boodschap dat het Ancien Regime in 1789 ten val is gekomen, heeft nog niet alle uithoeken van het continent bereikt.
John Prescott was eerst een socialist en later een aanhanger van New Labour, oftewel niet langer een socialist. Na een carrière als vakbondsmilitant kwam hij in de politiek terecht, waar hij probeerde de interne rivaliteit tussen Tony Blair en Gordon Brown te temperen. Ondanks diverse ministerposten zijn de bekendste beelden van hem evenwel genomen in 2001, toen hij een betoger die een ei naar hem wierp meteen een welgemikte mep verkocht. In 1961, voor het begin van zijn eigenlijke politieke loopbaan, trad hij in het huwelijk met een zekere Pauline, maar blijkbaar was hij het zo gewoon zijn tijd op publieke bijeenkomsten door te brengen dat hij haar in het openbaar aansprak als Conference.
Iets verder naar het noorden treurden enkele mensen dan weer om Alex Salmond, die als prominent lid van de SNP gedurende decennia voor de Schotse onafhankelijkheid had gestreden, maar nadien in een schandaalsfeer de politiek moest verlaten. Niet enkel werd hij door diverse vrouwen van aanranding beschuldigd, maar bovendien tekende hij ook nog eens een contract met de door de Russische overheid gefinancierde zender Russia Today. Men maakt zich in deze Me Too-tijden waarschijnlijk niet populair door dit laatste feit nog erger dan het eerste te vinden, maar helaas is de Russische staat verantwoordelijk voor het fysiek lijden van veel meer vrouwen dan zelfs de hyperactiefste serieverkrachter aankan.
In Portugal werd gerouwd om het heengaan van Celeste Caeiro, die een tegelijkertijd bescheiden en doorslaggevende rol heeft gespeeld in de Anjerrevolutie van 1974. Het regime van de Estado Nova, in essentie een oerconservatieve regering die er alles aan deed om Portugal als een multicontinentaal koloniaal imperium te handhaven, had niet door dat haar eigen leger, geconfronteerd met vele oorlogen in Afrika en Azië in een tijd waarin de andere Europese landen al lang afstand van bijna al hun kolonies hadden gedaan, doorheen de jaren steeds meer door communistische sympathisanten werd gedomineerd. Op 25 april 1974 hadden ze er genoeg van en zijn ze gewapend de straat opgetrokken om de rechtse regering buiten te schoppen. Dat had snel kunnen evolueren tot een zoveelste militaire coup met bijbehorende burgeroorlog, maar Caeiro, toen poetsvrouw in een zelfbedieningsrestaurant, kreeg plots en zonder enige planning of voorbereiding de inval om de soldaten op straat anjers te geven. De soldaten staken deze anjers in de loop van hun geweren, waardoor ze duidelijk maakten dat zij eigenlijk een geweldloze revolutie wilden uitvoeren. De aanwezigheid van al die bloemen boezemde de bevolking, aanvankelijk nogal bevreesd door de aanwezigheid van al die gewapende eenheden in hun wijken, zo veel vertrouwen in dat ze zelf overal bloemen begon te zoeken om aan de soldaten te geven. De soldaten kregen op hun beurt door dat het niet nodig zou zijn zich een weg naar het presidentieel paleis te vechten en de zittende regering kreeg op haar beurt dan weer te zien dat de bevolking de revolutie ondersteunde, een teken dat het tijd was het land te ontvluchten. Louter door gratis een paar bloemen uit te delen, heeft Caeiro de loop van de geschiedenis van haar land in een bepaalde richting gestuurd. Dat kunnen er ook niet veel zeggen.
In Denemarken overleed voormalig minister Kjeld Olesen. In naam was hij een sociaaldemocraat, maar dan wel eentje die in de jaren 1950 voor de CIA zijn communistische collega's afluisterde. Blijkbaar was de ultrakapitalistische USA in zijn ogen een betrouwbaarder bondgenoot dan zijn landgenote Ragnhild Andersen, een voormalige verzetsstrijdster die vier jaar in nazi-gevangenissen had doorgebracht.
De transitie van een pseudocommunistische dictatuur naar een democratisch regime werd door veel Polen niet als erg geslaagd ervaren. Ze werden wel niet langer door een geheime politie onderdrukt en veel politieke gevangenen werden vrijgelaten, maar tegelijkertijd werd het land overgenomen door buitenlandse bedrijven die niet meteen veel belangstelling voor de noden van de bevolking hadden. Een van de manieren om deze onvrede te uiten, was een stem voor de PPPP, te vertalen als de Poolse Partij van de Vrienden van het Bier, en voor wijlen hun voorzitter, Janusz Rewinski. In 1991 haalden ze maar liefst zestien zetels in het Pools Parlement. Begonnen als een grap, begon de partij stelselmatig meer ernstige standpunten in te nemen, vooral met betrekking tot het milieu en de volksgezondheid. Zo werd het bierdrinken zelf gepropageerd als een alternatief voor de overconsumptie van vodka. De partij was aanvankelijk uitgesproken progressief, maar werd na enkele jaren volledig geïnfiltreerd en vervolgens overgenomen door extreme nationalistische en openlijk antisemitische elementen, waarna ze van het politiek toneel verdween. Van de oorspronkelijke slogan 'met de PPPP wordt het misschien niet beter, maar zeker wel grappiger' viel toen al even niets meer te merken.
In het oosten van Oekraïne stierf Russell Bentley, bijgenaamd Texas, in wel zeer verdachte omstandigheden. De man was sowieso een beetje verward, want hij vond dat hij als communist het Russisch leger moest vervoegen om tegen het Oekraïens fascisme te strijden. Waar een desinformatiecampagne al niet toe kan leiden. Het is in elk geval niet goed afgelopen, want uiteindelijk is hij vermoord door twee Russische soldaten, die daarvoor verrassend genoeg zelfs zijn aangeklaagd.
De Oekraïnse linguïste Iryne Farion had zich dan weer resoluut tegen de Russische inval gekeerd. Helaas maakt dat haar niet bijzonder sympathiek, want ze streefde naar een mono-etnische natiestaat en omschreef onder meer de Hongaarse minderheid in het westen van het land als varkens. Het onderzoek is nog niet helemaal afgerond, maar momenteel zijn er twee verdachten. Ze is neergeschoten door ofwel een jonge Oekraïner die zijn vrije tijd op neonazi-fora doorbracht, ofwel een Russische neonazi-organisatie die zo extreem is dan ze zelfs in eigen land als een bende terroristen wordt beschouwd. Ik stel voor dat we achteruit leunen terwijl de problemen zichzelf oplossen.
Ildar Dadin vocht ook aan de zijde van de Oekraïense strijdmacht, maar hij was van geboorte eigenlijk een Rus. Na jarenlang in de gevangenis te zijn gefolterd voor zijn deelname aan demonstraties tegen het regime van Poetin werd hij verwelkomd door het Sibir Bataljon, een Oekraïense eenheid bestaande uit gevluchte Russische dissidenten. Interessant aan dit bataljon is dat ze ook strijden voor de onafhankelijkheid van Sakha, een Russische deelstaat in het oosten van Siberië. Sakha is voor Westerlingen geen bekende naam, maar het belang van deze regio mag niet worden onderschat. Sakha is namelijk meer dan 3 miljoen vierkante kilometer groot, net iets kleiner dan het massieve subcontinent Indië. Ter plekke is er evenwel niet zo veel verzet tegen de Russische overheersing, maar dat ligt misschien aan het feit dat in deze gigantische ruimte slechts een miljoen mensen wonen. Nu ja, men moet ook maar zin hebben in een gemiddelde wintertemperatuur van -35° Celsius.
Aan de andere zijde van de frontlinie werd een bom de Russische generaal Igor Kirillov fataal. De aanslag is opgeëist door de Oekraïense geheime dienst, die Kirillov eerder al beschuldigde van het gebruik van chemische wapens op het slagveld, iets wat al sinds 1993 verboden is door de overigens door Rusland geratificeerde Convention on the Prohibition of the Development, Production, Stockpiling and Use of Chemical Weapons and on Their Destruction. Volgens Oekraïne was de man een legitiem militair doelwit in een oorlogssituatie, wat weer eens tot een zeer verontrustende reactie uit Rusland heeft geleid. In plaats van de feiten met betrekking tot chemische wapens te ontkennen, heeft de Russische overheid namelijk verklaard dat alle journalisten die deze stelling overnemen hierdoor zelf legitieme militaire doelwitten worden. We mogen ons, met andere woorden, volgend jaar verwachten aan moordaanslagen op diverse Europese journalisten.
Een veel erger verlies voor de Russische samenleving is de niet zo geheel onverwachte dood van Aleksej Navalny in een Siberische gevangenis. Volgens de Russische staatsmedia was er sprake van een natuurlijke doodsoorzaak, maar de vraag is natuurlijk of ergens iemand te vinden is die dat gelooft. Navalny werd berucht als bestrijder van corruptie, maar werd pas echt een vijand van de staat toen hij zich in 2013 kandidaat stelde voor het presidentschap. Het heeft weinig zin zijn levensloop in detail te bespreken, want het maakt eigenlijk niet uit wat hij wel of niet heeft gedaan. Als de georganiseerde misdaad de staat leidt, wordt eerlijkheid zelf de nieuwe misdaad.
In Turkije kreeg president Erdogan goed nieuws, want zijn aartsvijand Fethullah Gülen is tijdens zijn ballingschap in de VS overleden. Gülen werd door Erdogan verantwoordelijk gesteld voor de helaas mislukte coup van 2016 die de wereld van een gewetenloze dictator had kunnen bevrijden. Of hij echt bij deze plannen betrokken was, is nooit bewezen, maar voor Erdogan was het natuurlijk een mooie kans om zich te bevrijden van het hele netwerk van de Gülenistische beweging, zowat de sterkste bedreiging voor zijn steeds totalitairder regime. Gülen zelf was voorstander van een seculiere staat en godsdienstvrijheid, veroordeelde het islamitisch terrorisme en erkende de Armeense genocide. Het is dan ook normaal dat verschillende figuren in de entourage van Donald Trump hebben gelobbyd om hem aan Turkije uit te leveren. Voormalig nationaal veiligheidsadviseur Mike Flynn heeft zelfs met de Turkse geheime dienst vergaderd over een plan om Gülen te ontvoeren en op illegale wijze naar Turkije te vervoeren. Deze vergadering was al even geheim als de facturen die hij de Turkse regering stuurde voor zijn, eh, consultancywerk. Het is een mooi voorbeeld van de wijze waarop elke extreemrechtse machtsdeelname in de praktijk steeds neerkomt op een streven om het misdaadmilieu beter te organiseren.
Australië verloor dan weer feministisch icoon Merle Thornton, die ginder vooral bekend werd door haar protestacties tegen het verbod voor cafés om vrouwen alcohol te serveren en het verbod voor vrouwen om na hun huwelijk een overheidsfunctie te blijven bekleden. Dat gebeurde in de jaren '60 en '70 van de twintigste eeuw, niet de negentiende eeuw.
In Iran betekende een helicoptercrash het einde voor president Ebraihim Raisi. Hij was uiteraard een tegenstander van Israël, maar dat betekent geenszins dat men om hem moet rouwen. De bijnaam 'the butcher of Teheran' krijgt men immers niet zo maar. Dat moet men verdienen, in dit geval door in 1988 5.000 linkse activisten en politici zonder enig proces te folteren en te vermoorden, een stap die was bedoeld om het regime van de ayatollahs van enige interne oppositie te vrijwaren. De vijand van uw vijand is niet noodzakelijk uw vriend.
In Bangladesh schoot de oproerpolitie Mir Mugdho dood terwijl hij water uitdeelde aan demonstrerende studenten. Dit is geen triviaal feitje uit de zoveelste bananenrepubliek, want deze moord maakte deel uit van een van de interessantste revoluties van de voorbije jaren, die in ons land overigens door de media grotendeels is genegeerd. In Bangladesh hebben allerlei pro-democratische organisaties, waaronder het Anti-Fascist Left Front, de regering ten val gebracht en de plaatselijke dictator verjaagd. Dit is niet gelukt zonder een portie dodelijk geweld, een vaststelling waarover de eigentijdse progressieve hipsters van ons land ook eens zouden mogen nadenken. De revolutie zelf is uiteraard begonnen uit onvrede met het regeringsbeleid, maar de eigenlijke aanleiding die alles in gang heeft gezet, was de verdeling van de bevolking in groepen die wel en niet in aanmerking konden komen voor een baan bij de overheid. Dat ze daar maar eens bij stilstaan tijdens hun regeringsgesprekken over de voor- en nadelen van het ambtenarenstatuut.
In Nicaragua overleed Humberto Ortega, broer van Daniel Ortega. Na de Sandinistische overwinning op de dictator Somoza in 1979, niet toevallig ook een inspiratiebron voor The Clash toen ze een albumtitel zochten, heeft hij ervoor gezorgd dat het leger op een ordelijke wijze onder civiele controle werd geplaatst, wat op een continent met een traditie van militaire staatsgrepen geen sinecure was. Veel vreugde aan de familietafel was er echter niet, want broer Daniel heeft zijn revolutionaire ideeën uiteindelijk verloochend en heeft zich gaandeweg tot een dictator ontpopt. Toen Humberto hier kritiek op uitte, werd hij onder huisarrest geplaatst voor zijn zogenaamde steun aan terroristen. Blijkbaar maakt het niet uit wie aan de macht is, want de retoriek is altijd dezelfde.
In Suriname werd dan weer het overlijden vastgesteld van Desi Bouterse, ooit leider van een militaire junta en later ook nog eens verkozen president van het land. Met betrekking tot die eerste periode werd hij vervolgd en veroordeeld voor de moord op talrijke politieke tegenstanders. Met betrekking tot de periode van zijn presidentsschap werd hij dan weer vervolgd en veroordeeld voor grootschalige internationale drugshandel. De Surinaamse bevolking zal hem niet echt missen.
Met Democraten als Harry Connick Sr., wiens gigantisch ego al blijkt uit het feit dat hij zijn zoon Harry Jr. heeft genoemd, heeft men in Louisiana geen Republikeinen nodig. Als openbaar aanklager vond hij veroordelingen belangrijker dan rechtvaardigheid en specialiseerde zijn team zich in het achterhouden van bewijsmateriaal dat onschuldigen een trip naar Death Row had kunnen besparen. Uiteraard is hij hiervoor zelf nooit veroordeeld, want uiteindelijk is zijn gedrag in de ogen van veel Amerikaanse magistraten toch zo erg niet.
Heel wat minder hypocriet was Peter McCloskey, een Californische volksvertegenwoordiger en ooit zelfs nog even presidentskandidaat. Hij begon zijn carrière als republikein, maar ging met zijn integriteit en progressieve ideeën nogal tegen de stroom in. Zo eiste hij tijdens het Watergate-schandaal het ontslag van president Nixon, was hij een voorstander van abortus en van euthanasie en demonstreerde hij, als veteraan van de oorlog in Korea, tegen de oorlogen in Vietnam en Irak. Verder was hij een zeer uitgesproken criticus van de macht van de zionistische lobby in de Amerikaanse politiek, waarop hij natuurlijk door diezelfde lobby een antisemiet werd genoemd. Dat klinkt vandaag bekend. Uiteindelijk maakte hij de overstap naar de democratische partij, maar dat klinkt vandaag al minder bekend.
Verder werd een zekere Dvontaye Mitchell in Milwaukee door vier medewerkers van een beveiligingsfirma zo hard aangepakt dat hij ter plekke overleed. Dat lijkt veel op de diverse sterfgevallen die de voorbije jaren al zo veel protesten hebben uitgelokt, maar er is een fundamenteel verschil. In dit geval waren de daders namelijk personeelsleden van een privébedrijf en geen politieagenten, wat betekent dat ze nu alle vier wel degelijk voor moord worden vervolgd.
Thomas Matthew Crooks is dan weer neergeschoten door een scherpschutter van de Amerikaanse Secret Service. Hij heeft dit natuurlijk wel meer dan een beetje zelf gezocht door eerst te proberen toenmalig presidentskandidaat Donald Trump neer te schieten. Dit betekent evenwel niet dat hij een standbeeld verdient. Crooks was een stuurloze figuur die zijn motieven nooit duidelijk heeft verwoord en die een ongezonde fascinatie voor vuurwapens had opgebouwd. Eigenlijk past zijn actie volledig in het rijtje van al die highschool shootings, een fenomeen dat hopelijk nooit naar ons land zal overwaaien. Zelfs de tegenstanders van Trump zouden hem niet als een held mogen vereren. Hij heeft zijn doel gemist.
Eveneens te vinden op de lijst der neergeschoten Amerikaanse staatsburgers is Brian Thompson, CEO van Unitedhealthcare, een beursgenoteerd bedrijf met als belangrijkste inkomstenbron het innen van verzekeringspremies en vervolgens weigeren medische behandelingen terug te betalen. Het bedrijf heeft op deze manier duizenden en duizenden doden op zijn geweten, maar een precies aantal valt eigenlijk niet te bepalen zonder elk individueel dossier door experten te laten uitspitten. Hoe populair de grote bazen van de Amerikaanse gezondheidszorg eigenlijk zijn, blijkt uit de resultaten van een poll vlak na de schietpartij. Uit de antwoorden blijkt dat 68 percent der respondenten de moord totaal onaanvaardbaar vindt. Dat betekent ook dat 32 percent er al veel minder graten in ziet. Als iemand die maandelijks voor een ziekteverzekering betaalt niet zeker is dat zijn verzekeringsmaatschappij zijn anders onbetaalbare levensnoodzakelijke behandeling zal vergoeden, moet de verantwoordelijke voor die beslissingen over leven en dood dan zelf zeker zijn dat hij elke werkdag zal overleven? In 2025 zal nog moeten blijken of deze vraag een nieuwe trend in gang zal zetten.
Thelma Mothershed was een van de zogenaamde 'Little Rock Nine', wiens verhaal een voorafspiegeling is van wat de slogan 'Make America Great Again' eigenlijk betekent. In 1957 werden alle middelbare scholen verplicht om ook niet-blanke leerlingen in te schrijven. In Little Rock, Arkansas, ging dat niet zonder slag of stoot. Een groot gedeelte van de blanke bevolking verzette zich tegen deze desegregatie en tegen gelijke rechten voor minderwaardige zwarten die beter slaven waren gebleven. De door hen verkozen gouverneur deed wat zijn electoraat wilde en stuurde de National Guard om zwarten de toegang tot de school te beletten. Tegen die gewapende eenheden konden onze negen leerlingen natuurlijk niet op, maar er kwam hulp uit Washington D.C., waar toenmalig president Eisenhower, de laatste respectabele republikein in de geschiedenis, besloot de 101e divisie para's naar Little Rock te sturen om de toegang naar de school gewapenderhand vrij te maken. Het was, met andere woorden, noodzakelijk om een divisie met onder meer honderden veteranen van de slag bij Bastogne in te zetten om negen tieners veilig in hun klaslokaal te krijgen. Wie hier in de VS op wijst, wordt onmiddellijk 'woke' genoemd, maar een verwijt als dat is uiteindelijk wel geen ontkenning van de historische realiteit.
Verder kregen de miljoenen Amerikanen die genieten van de door voormalig president Obama ingevoerde Affordable Health Care Act een mooi kerstcadeau in de vorm van het overlijden van David Rivkin, een advocaat die namens alle conservatieve tegenstanders van deze uitgebreide gezondheidszorg een proces had aangespannen tegen de federale overheid. Rivkin vond het schandalig dat de federale staat de gezondheidszorg betaalbaarder wilde maken, want dat was volgens hem een inbreuk op de bevoegdheden van de individuele staten en de ondernemingsvrijheid. Zou het echt een toeval zijn dat de meest uitgesproken tegenstanders van Obamacare, zoals het wel eens wordt genoemd, over het algemeen miljonairs zijn die zich geen zorgen om hun doktersrekeningen hoeven te maken?
Het blijft verbazen dat zo veel miljardairs voor een politieke carrière kiezen. In plaats van zich te baden in Dom Pérignon en als ontbijt kaviaar op hun boterham te smeren, dwingt hun narcisme hen om al hun tijd te investeren in de zoektocht naar erkenning als visionair leider door de grote massa. Zo was er in Chili voormalig president Sebastian Pinera, met de nadruk op de verleden tijd van dat werkwoord na zijn vliegtuigongeluk. De man was een succesvol zakenman met een doctoraat in de economie en miljarden op zijn bankrekening. Het spreek dan ook voor zich dat hij meermaals is beschuldigd van corruptie, belangenvermenging en handel met voorkennis. Zijn voeling met de doorsneeburger was zo groot dat hij tijdens zijn tweede ambtstermijn op een bepaald ogenblik nog de steun van 7 percent van de bevolking genoot.
Wie over discriminatie in Israël spreekt, denkt meestal aan het lot van de Palestijnse bevolking, maar mensen als Charlie Biton hebben bewezen dat het ook anders kan. Ooit telde het Israëlisch parlement zowaar een fractie met de naam Black Panthers. Deze partij streed tegen de discriminatie van Joden van Noord-Afrikaanse origine door Joden van Russische origine, wat in het begin van de seventies blijkbaar een groot probleem was. De Israëlische Black Panthers zijn nooit zeer populair geweest, want een groot gedeelte van de bevolking voelde zich bedreigd door hun gewelddadig imago. De organisatie was namelijk, volledig naar het Amerikaans voorbeeld, geïnfiltreerd door criminelen die door de politie werden betaald om de leden tot meer gewapende acties aan te sporen.
De Afghaan Khalil Haqqani gold als een van de leiders van de Taliban, die ondertussen nog steeds de plak zwaaien over miljoenen Afghaanse slaven, ook wel vrouwen genoemd. Hij stond op diverse lijsten van internationaal gezochte terroristen, onder meer voor zijn steun aan Al-Qaeda ten tijde van de Amerikaanse inval na de aanslagen van 2001. Het is dan ook best ironisch dat hij is opgeblazen door IS.
In 2021 hadden we het hier nog over de dood van Abimael Guzman, de onofficiële leider van de Peruaanse marxistische organisatie Lichtend Pad, in een voor terroristen gebouwde gevangenis waarvan de bouw was goedgekeurd door toenmalig president Alberto Fujimoro en door Julio Salazar, toen hoofd van de nationale inlichtingendienst. Ironisch genoeg zijn die twee nu zelf in die gevangenis overleden, waar ze beiden straffen uitzaten voor diverse schendingen van de mensenrechten en moordpartijen. Salazar werd onder meer schuldig bevonden aan de ontvoering en moord op acht linkse studenten en een universiteitsprofessor. Als het van een bepaalde regering in het Midden-Oosten zou afhangen, zou met de pro-Palestijnse studenten aan de KU Leuven allicht hetzelfde gebeuren. Fujimoro werd, naast een reeks executies en moordpartijen, onder meer verbonden aan de gedwongen sterilisatie van ongeveer 300.000 vrouwen uit etnische minderheidsgroepen.
Dit betekent niet dat de Peruaanse verzetsbewegingen, zoals Tupac Amaru, vrij van zonden zijn. In een andere gevangenis overleed namelijk Miguel Rincon Rincon, die een straf van 32 jaar uitzat voor diverse moorden en op het moment van zijn dood werd onderzocht voor mogelijke betrokkenheid bij de moord op acht homo's die in 1989 door deze officieel zeer linkse guerillero's publiek werden geëxecuteerd als onderdeel van hun zogenaamde 'kruistocht tegen verdorvenheid'. Met zo'n communisten heeft men eigenlijk geen militaire junta meer nodig.
In Oeganda overleed Yusuf Gowon, voormalig stafchef tijdens het regime van Idi Amin Dada. Hoewel Gowon zowel alle interne zuiveringen door de paranoïde dictator wist te overleven, moest hij uiteindelijk wel deserteren tijdens de oorlog met Tanzanië omdat zijn eigen soldaten zijn incompetentie zo beu waren dat ze hem zelf wilden neerschieten. Het was nochtans niet allemaal zijn schuld, want de persoon die was aangesteld om in het buitenland artillerie voor het Oegandees leger aan te kopen, heeft het militair budget gewoon op zijn eigen bankrekening gestort. Na de val van de dictatuur ging Gowon in ballingschap. Na heel wat omzwervingen en een leven als smokkelaar in het al even corrupte Zaïre keerde hij uiteindelijk terug naar zijn geboorteland, waar hij in 2001werd gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de dood van een politieke tegenstander van Idi Amin Dada. Het proces verliep niet helemaal zoals gepland, vooral niet voor Gowon. Aangezien de gerechtskosten nogal hoog opliepen, hadden sympathisanten geld ingezameld dat de zoon van Gowon gewoon voor zichzelf heeft gehouden. Gowon probeerde een advocaat in te huren, maar kon hem bij gebrek aan de verdwenen cash enkel zijn huis als betaling aanbieden, waarna zijn eigen vrouw hem aanklaagde omdat het huis op haar naam stond. Uiteindelijk had hij dan een advocaat gevonden, maar die is spoorloos verdwenen. Nadat enkele getuigen hun verklaring plots introkken en de belangrijkste onderzoeker voor het openbaar ministerie zogezegd aan een mentale stoornis was overleden, werd Gowon bij gebrek aan bewijs vrijgelaten, waarna hij zijn laatste jaren doorbracht aan de toog van de plaatselijke bar. Het land wordt ondertussen al sinds 1986 bestuurd door Yoweri Museveni, die al even veel bloederige massamoorden op zijn geweten heeft als zijn voorganger. Er zijn trouwens ook mensen die België een mislukte natie noemen.
Natuurlijk bleef het geweld in de Afrikaanse dekolonisatieperiode niet beperkt tot Oeganda. Peter McAleese was een beruchte huurling die in Angola, Zuid-Afrika en het toenmalige Rhodesië heeft gevochten, meestal aan de foutst denkbare zijde. Hij heeft ook nog opleidingen gegeven in Rusland en heeft deelgenomen aan een moordpoging op Pablo Escobar in opdracht van het concurrerende Cali-cartel. Dat die aanslag op een mislukking is uitgedraaid, betekent niet dat de man totaal incompetent was. Het Britse leger had hem immers opgeleid als parachutist, waarna hij enkele malen deel van de beruchte SAS werd, waar hij overigens telkens om discriplinaire redenen weer werd weggestuurd. Om een of andere reden zijn zeer veel Britten gefocust op uitkeringsfraude of misbruik van de sociale zekerheid, maar vinden zij het niet verkeerd dat belastinggeld is gebruikt om deze man te trainen om de ideale werknemer van diverse misdadige organisaties te worden.
De levenswandel van wijlen Prince Johnson illustreert dat de Liberiaanse binnenlandse politiek niet zo eenvoudig te volgen is. Aanvankelijk was hij lid van de LNG, later omgedoopt tot de AFL. Later werd hij een sympathisant van de NPFL, maar na enkele jaren scheurde hij zich af en stichtte hij de INPFL, die strijd voerde tegen de ULIMO, tenminste toch tot hij na het einde van de eerste burgeroorlog de NUPD oprichtte, een partij die hem uiteindelijk zelf aan de deur zette, wat leidde tot de oprichting van de MDR, die gedurende korte tijd de CDC steunde. Rond die tijd moest hij ook kort het land verlaten na ernstige doodsbedreigingen door de LURD. Wie nog kan kan volgen, mag zich melden.