(geschreven door iemand die in de muzieksector werkt en dus alles kan uitdrukken alsof het de nieuwste cd van een schitterende band is)
Ingetogen Intro: niet alles draait even snel
We lezen wel eens dat de democratie onder druk staat, alsof dat een totaal nieuw verschijnsel is. Blijkbaar moeten we nu geloven dat heel de wereld in een recent verleden bestond uit perfect functionerende staten met een evenredige parlementaire vertegenwoordiging, een onpartijdige magistratuur, een kritische onderzoeksjournalistiek en eerlijke arbeidsvoorwaarden. Het einde der geschiedenis was ten slotte bereikt [1].
Daar klopt natuurlijk niets van. De geschiedenis is niet meer dan een chronologisch overzicht van onderdrukking en ongelijkheid. Er zijn elk opeenvolgend jaar meer dan genoeg problemen en schandalen geweest om te besluiten dat het einde van de ideologische conflicten nog niet lang niet in zicht was.
Dat de perfecte samenleving nog nooit heeft bestaan [2], is echter geen slecht nieuws. Het gaat er gewoon om dat elke vooruitgang groter moet zijn dan elke achteruitgang. Op enkele tsunami's, aardbevingen of vulkaanuitbarstingen na, is letterlijk elk probleem door mensen veroorzaakt. Hongersnood, pandemieën, oorlogen, armoede, discriminatie, criminaliteit, milieuvervuiling, klimaatopwarming en het ergste van allemaal, onwetendheid, zijn problemen die door mensen zijn veroorzaakt en die ook door mensen kunnen worden opgelost.
Daar zijn natuurlijk enkele voorwaarden aan verbonden. Als een maatschappelijk model niet werkt, bijvoorbeeld omdat de mensen aan de top van de metaforische piramide enkel hun eigen belangen dienen, is er nood aan een omwenteling. Een synoniem van omwenteling is revolutie. Dat woord heeft echter een totaal onverdiende bijklank gekregen.
Wie naar een revolutie verwijst, bedoelt meestal dat een hoop zaken met onmiddellijke ingang veranderen. Volgens de tegenstanders volgt hierop chaos en geweld. Volgens de voorstanders wordt het gehate regime verjaagd, krijgt de bevolking inspraak, worden de politieke gevangen uit hun foltercellen bevrijd en zullen een boel nieuwe wetten voor rechtvaardigheid zorgen. Dat zijn echter allemaal geromantiseerde beelden die voornamelijk door ongeduld zijn gevoed. Een revolutie of omwenteling betekent enkel dat ergens iets om een as draait. Meer is het niet. Nergens in de wetten van de fysica staat dat een revolutie snel moet gaan.
Er valt iets te zeggen voor trage revoluties. Als een revolutie is bedoeld om de situatie van de bevolking te verbeteren, moet die bevolking ook begrijpen wat het doel is en om welke redenen bepaalde middelen het geschiktst zijn om dat doel te bereiken. Wie te snel te veel hervormingen wil doorvoeren, zal merken dat de bevolking niet meer kan volgen en wantrouwig wordt [3]. Wie niet genoeg tijd neemt om alles goed uit te leggen en wie niet bereid is om veranderingen door te voeren aan een tempo dat iedereen aankan, zal plots merken dat hij een revolutie predikt namens een bevolking die de revolutie niet langer wil.
En dat brengt ons dan meteen naadloos bij het eerste nummer op onze verkiezings-cd.
Track 1: Fake News is een leugen
De ergste misvatting over 'fake news' is de term zelf. Door het vals nieuws te noemen, vallen deze berichten nog binnen het nieuws, zij het dan als een onzuivere en onbetrouwbare subcategorie.
De term is gewoon misleidend en eigenlijk zouden we het beter noemen wat het is. Het gaat niet om vals nieuws of alternatieve feiten. Het gaat om leugens die worden verspreid met als enig doel de lezer, luisteraar of kijker te manipuleren.
Ik heb dan ook een concreet beleidsvoorstel dat onze armlastige overheid niet eens centen hoeft te kosten [4].
“Elke politieke mandataris die bewust en met voorbedachten rade publieke uitspraken doet die niet met de waarheid stroken, met als doel het maatschappelijk debat te beïnvloeden, wordt van rechtswege ontslagen uit zijn mandaten”
Hoe werkt dat precies?
Elke burger van dit land of in dit land gevestigde vereniging kan een klacht indienen tegen een politicus naar aanleiding van diens uitspraken.
Een nog op te richten commissie, bestaande uit magistraten die zich door factcheckers laten adviseren, behandelt deze klachten en stelt vast of de mandataris effectief heeft gelogen. Indien dit het geval blijkt te zijn, verliest de mandataris onmiddellijk al zijn mandaten en bevoegdheden.
Wat betekenen de begrippen eigenlijk?
Een politiek mandataris: iemand die is verkozen of aangesteld door verkozenen om een partij in een wetgevend orgaan of uitvoerend bestuur te vertegenwoordigen, gaande van gemeenteraden en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden tot ministerambten.
Bewust en met voorbedachten rade: iedereen kan zich al eens vergissen en wie iets onjuist vertelt omdat hij de feiten niet kent, hoeft natuurlijk niet te worden bestraft.
Het maatschappelijk doel beïnvloeden: de betwiste uitspraak moet zijn bedoeld om de publieke opinie door middel van een valse weergave van de feiten te beïnvloeden, om het maatschappelijk debat in een bepaalde richting te sturen of om de eigen positie van de mandataris te verdedigen of te verbeteren.
Extreemrechtse lezers zullen dit waarschijnlijk beschouwen als een poging om het Vlaams Belang en aanverwanten monddood te maken, maar eigenlijk klopt dat niet. Laten we even naar enkele voorbeelden kijken.
Een mandataris van het Vlaams Belang zegt: “Ik vind dat er te veel migranten zijn”.
Oordeel: dat is eigenlijk geen leugen, want hij vindt dat ook echt.
Een mandataris verdacht van corruptie zegt: “Ik weiger uw vraag over mijn bankrekening te beantwoorden”.
Oordeel: dat is eigenlijk geen leugen, want hij weigert dat echt.
Een andere mandataris zegt: “De klimaatopwarming is niet te wijten aan menselijke activiteiten”.
Oordeel: dit is wel een leugen, want er is voldoende voor iedereen vrij beschikbaar wetenschappelijk bewijs om het tegendeel aan te tonen.
Er zullen natuurlijk altijd grensgevallen zijn en er zal wel eens iemand door de mazen van het net glippen, maar onze Belgische verkiezingsdebatten zouden zonder de ballast van opzettelijke leugens een pak aangenamer worden. Het zou nog boeiender zijn het effect van een dergelijke maatregel op de Russische politiek te observeren.
Maar we mogen ons natuurlijk niet enkel op onze politici focussen. Ook op andere plaatsen wordt wel eens een loopje met de waarheid genomen.
Track 2: De Medeplichtige Medewerker
De antipolitiek tiert altijd welig in de aanloop naar verkiezingen en de meeste partijbrochures belanden ongelezen in de papiermand, maar wie het over corruptie en belangenvermenging wil hebben, hoeft niet enkel naar onze verkozenen en kandidaten te kijken.
Volgens het recentste apport van het EUTO, het onafhankelijk onderzoekscentrum van het Europees Parlement EU Tax Observatory [5], zullen multinationals in 2024 wereldwijd ongeveer 600 miljard euro aan belastingen ontduiken. Dat daarvan maar liefst 200 miljard euro binnen de EU zal worden ontdoken, is natuurlijk een ramp voor onze nationale begroting en voor de financiering van de EU zelf.
Het rapport doet enkele concrete aanbevelingen, waaronder verrassend genoeg ook een serieuze vermogensbelasting voor de miljardairs van deze planeet, maar ik voeg hier graag nog een concreet beleidsvoorstel in twee zinnen aan toe.
Zin 1: “Alle natuurlijke personen die bewust en met voorbedachten rade hun medewerking hebben verleend aan belastingontduiking door hun werkgever zullen als medeplichtigen aan deze inbreuk worden vervolgd”
We moeten eens komaf maken met de wijze waarop iedereen zich in het vennootschapsrecht achter de beperkte aansprakelijkheid van bedrijven kan verbergen. Als een bedrijf iets mispeutert, kan het een boete krijgen, maar eigenlijk mispeutert een bedrijf nooit iets. Een bedrijf is immers niet meer dan een vereniging van mensen die gezamenlijk bepaalde activiteiten ontplooien. De beslissingen worden niet genomen door een bedrijf, maar door de mensen die binnen een bedrijf voor de beslissingen instaan.
Als een bedrijf bepaalde mechanismes gebruikt om belastingen te ontduiken, worden die mechanismes door mensen in gang gezet en door mensen beheerd. Een bedrijf is geen artificiële intelligentie die zonder menselijke inmenging opereert. Het is dan ook niet logisch dat die mensen strafrechtelijke feiten kunnen plegen en het bedrijf, dat louter een virtueel gegeven is, de boete laten betalen. Wie de inbreuk pleegt, moet hiervoor zelf worden vervolgd.
Het grote verschil tussen mijn voorstel en het huidig beleid is wie precies kan worden vervolgd. De CEO doet niet alles zelf. Meestal doet hij zelfs zeer weinig zelf, want het talent om goed te kunnen delegeren, is net een van de kwaliteiten waarvoor hij is aangenomen. De belastingontduiking wordt in de praktijk uitgevoerd door boekhouders en in fiscaliteit gespecialiseerde advocaten. Ik zie dan ook geen reden om hen niet allemaal als medeplichtigen aan te klagen.
Zij zullen natuurlijk beweren dat ze enkel de instructies van hun baas hebben gevolgd, maar die redenering gaat niet op. Ze wisten namelijk goed genoeg dat wat ze deden illegaal was. Bovendien kunnen ze rekenen op een gemakkelijk beschermingsmiddel, namelijk de meldingsplicht.
Zin 2: “Elke werknemer van een bedrijf die op eender welke manier kennis verwerft over illegale activiteiten door dat bedrijf is verplicht dit aan de hiervoor bevoegde overheidsinstantie te melden”
Het zal al een pak moeilijker worden voor een CEO of een aandeelhoudersvergadering om belastingen te ontduiken [6] als ze weten dat elke werknemer die ze hiervoor nodig hebben eigenlijk verplicht is hun plannen te melden om zijn eigen vel te redden.
Wie zich afvraagt of dit allemaal wel zo belangrijk is, moet zich maar eens afvragen wat de diverse overheden met al die miljoenen zouden kunnen doen. En zo komen we bij de volgende track op onze cd.
Track 3: Er is slechts één begroting
Ik beperk me tot een enkel voorbeeld, maar het zou eigenlijk een lange lijst kunnen worden. Geen enkele politieke partij is tegen goede ziekenhuizen. Natuurlijk niet, want politici kunnen ook ziek worden en dan zien ze natuurlijk graag een hoogopgeleide dokter die voor een snelle en doeltreffende behandeling kan zorgen. Niemand heeft iets te winnen bij ziekenhuizen zonder voldoende personeel of met een lege medicijnenkast.
In veel landen wordt de gezondheidszorg in sterke mate door de overheid gefinancierd. De uitzonderingen zijn straatarme landen die zich werkelijk niets kunnen permitteren en landen waarin winstbeluste farmaceutische bedrijven zich zo hebben verankerd dat ze meer invloed op het beleid hebben dan de kiezers, waardoor in de VS duizenden mensen moeten kiezen tussen hun kankerbehandeling weigeren of dakloos worden. In de EU streeft elk land echter naar een eigen interpretatie van een welvaartsstaat, waarin de overheid minstens een gedeelte van de gezondheidszorg financiert.
Als men de politieke debatten in dit land tot hun essentie herleidt, is er eigenlijk weinig discussie over de overheidsuitgaven. Niemand vindt dat ziekenhuizen geen financiering mogen krijgen. Er is enkel discussie over de betaalbaarheid van het model, want er is nooit genoeg geld om alle overheidsvoorzieningen alles te geven wat ze willen en nodig hebben. Elk jaar opnieuw wordt gesproken over besparingen in de gezondheidszorg, momenteel 15,3 percent van alle overheidsuitgaven, niet omdat de partijen patiënten geen zorg gunnen, maar omdat ze overal uitgaven moeten schrappen om de begroting in evenwicht te krijgen.
Eigenlijk moeten we steeds naar een begrotingsoverschot streven. In dat geval kan de Belgische staat alle diensten en voorzieningen voldoende financieren en nog wat overhouden om de overheidsschuld af te bouwen.
Die overheidsschuld bedraagt momenteel ongeveer een duizelingwekkende 540.000.000.000 euro. Men kan zich afvragen hoe incompetent al die vorige regeringen moeten zijn geweest om zo'n schuldenberg op te bouwen, zeker als men ziet dat een gewone burger al na enkele wanbetalingen een inbeslagname van zijn inboedel door een gerechtsdeurwaarder riskeert. De reden is uiteraard dat de overheid geld nodig had om voor haar bevolking te zorgen, maar niet voldoende belastinginkomsten had om dit te financieren. De overheid moest dus geld lenen en lenen, zoals de waarschuwing in kleine letters onderaan advertenties stelt, kost geld. Ons Belgisch schuldsaldo is ontspoord tussen 1979 en 1983, een klap waarvan we, ondanks onze schijnbare welstand en hoge productiviteit, nog steeds niet zijn hersteld.
De reden is natuurlijk dat de rente op het geleende geld tijdens deze jaren spectaculair is gestegen. Het zou te ver gaan hier in detail uit te leggen waarom dit is gebeurd, maar het komt erop neer dat de Amerikaanse Centrale Bank plots haar koers heeft gewijzigd, met als enige doel de inflatie te beperken en de fortuinen van de rijkste bedrijven en burgers tegen muntontwaarding te beschermen en dat de Europese regeringen, die toen het sociaal overleg hoog in het vaandel droegen, het naoorlogs Keynesiaans model niet zo maar wilden of konden verlaten [7]. Dat klinkt gecompliceerd, maar het resultaat is wel eenvoudig. De Belgische staat moet een aantal banken gewoon jaarlijks een fortuin betalen in de vorm van interesten [8] op vroeger geleend geld en houdt daardoor niet genoeg over om ook het kapitaal van die leningen volledig af te lossen, waardoor die leningen en bijhorende interesten gewoon elk jaar op de begroting blijven wegen.
Op dit punt moeten we ons eens afvragen wat de bestaansreden van een overheid eigenlijk is. Wat moet een staat [9] eigenlijk doen? Wat is een land eigenlijk?
Een onafhankelijke natiestaat is in feite niet meer dan een mythe. Ze bestaat omdat iedereen erin gelooft. Sommigen willen het land splitsen, maar op dit ogenblik gelooft iedereen wel degelijk dat België bestaat. Dat geldt niet enkel voor de inwoners van het land, maar ook voor iedereen daarbuiten. De Verenigde Naties erkennen België. De EU laat België eigen euromunten slaan. De Belgische ambassadeurs worden overal ter wereld ontvangen als officiële woordvoerders van een land waarvan men de grenzen op een wereldkaart kan zien. Dat is het systeem waarin we ons momenteel bevinden. De hele planeet, op wat per definitie onbewoonde stukken oceaan na, is onderverdeeld in territoria en we stellen het bestaan van die landen niet in vraag. Meer nog, als er eens discussie over de territoriale integriteit ontstaat, leidt dit tot een oorlog tussen zij die geloven dat een lap grond tot staat A c.q. staat B behoort. Er zijn constant conflicten langs de grens tussen Indië en Pakistan, maar geen van beide partijen beweert dat het andere land niet bestaat.
Eigenlijk is er maar een goede reden om in het bestaan van de eigen staat te geloven en dat is de overtuiging dat die staat ook voor haar bevolking zal zorgen. België, om zo maar een voorbeeld te noemen, is een parlementaire democratie, wat betekent dat de bevolking een overheid heeft gecreëerd met de duidelijke opdracht te zorgen voor alle voorzieningen die de bevolking nodig heeft. De bevolking verwacht van de overheid dat ze ervoor zorgt dat zieke mensen in een ziekenhuis terecht kunnen. Als de overheid die taak niet goed uitvoert, kan de bevolking door middel van verkiezingen andere mensen aanduiden om hiervoor te zorgen.
Het is wel een lange inleiding geworden om uiteindelijk tot een concreet punt te komen. Als de bevolking op basis van rationele argumenten kan aantonen dat er behoefte is aan een boel voorzieningen, moet de door die bevolking aangestelde overheid ervoor zorgen dat er genoeg geld is om daarvoor te betalen. Nu wordt echter enkel over besparingen gediscussieerd, waardoor een hoop mensen op allerlei vlakken in de kou blijven staan. Al onze parlementen blijven echter hardnekkig vasthouden aan een strikte scheiding tussen de inkomstenbegroting en de uitgavenbegroting [10]. Eigenlijk is die scheiding zeer artificieel, want de uitgaven zijn volledig afhankelijk van de inkomsten, wat betekent dat eigenlijk enkel die inkomstenbegroting van tel is. Als de overheid meer geld nodig heeft, moet ze daarvoor zorgen. Dat kan onder meer door meer geld te drukken of door meer belastingen te heffen, maar er zijn nog meer mogelijkheden. Dit brengt me al tot een eerste concreet beleidsvoorstel.
“Als het wetenschappelijk onderzoek in een door de overheid gefinancierde onderzoeksinstelling een bruikbaar product oplevert, is de overheid ook eigenaar van het patent”
Het is natuurlijk een goede zaak dat onze universiteiten veel geld van de overheid ontvangen. Zonder die financiering zouden veel mensen hun droom niet kunnen waarmaken, zouden we in deze steeds technologischer tijden met een tekort aan hooggeschoolden zitten en zou veel economisch waardevol talent verloren gaan omdat bepaalde mensen uit geldgebrek niet kunnen studeren. Onze universitaire onderzoekers werken echter ook aan de ontwikkeling van producten, van medische behandelingen tot softwareprogramma's. Zodra een product klaar is, wordt het echter door anderen op de markt gebracht en verdwijnt de winst naar de bankrekeningen van vaak buitenlandse bedrijven.
Waarom belanden die patenten niet bij de overheid die er dankzij haar financiering voor zorgt dat de universiteiten overeind blijven en dat er genoeg wetenschappelijk personeel is om het onderzoek uit te voeren? Een overheid hoeft die nieuwe producten natuurlijk niet zelf te maken, maar ze kan wel licenties uitschrijven, waardoor een bedrijf een product op de markt kan brengen, maar dan wel de overheid moet betalen voor het recht dat te doen.
Dit alles kan echter enkel indien ook iets aan de wereldwijde schuldenberg wordt gedaan en dus formuleer ik graag nog een tweede beleidsvoorstel.
“Er moet niet worden gepraat over een schuldkwijtschelding om de mensen in ontwikkelingslanden te helpen. Er moet worden gepraat over een schuldkwijtschelding om alle mensen overal ter wereld te helpen.”
Letterlijk elk land ter wereld heeft een overheidsschuld [11]. Overal lijden mensen onder het geldgebrek van hun overheid [12], maar tegelijkertijd gaat overal ter wereld een groot gedeelte van de overheidsinkomsten naar een paar banken die op het juiste moment de juiste leningen hebben uitgeschreven. Er wordt vaak gesproken over een kwijtschelding van de schulden van de armste landen, met als belangrijkste argument dat ze anders nooit ofte nimmer uit de put zullen klimmen, voor eeuwig en altijd externe steun nodig zullen hebben en al zeker nooit een budget zullen hebben om de mondiale klimaatproblemen aan te pakken. Ik zie niet in waarom we ons daartoe zouden beperken. Al meer dan veertig jaar zijn alle regeringen, hoe veel steun ze van hun bevolking ook mogen krijgen, de slaven van internationale bankiers. Ik blijf bij mijn eerder voorbeeld. Moeten we echt tolereren dat patiënten overlijden omdat hun overheid de schaarse inkomsten aan banken in plaats van aan ziekenhuizen moet geven?
Ik wijs er graag op dat private banken enkel bestaan omdat wij hun bestaan tolereren. Kerncentrales bestaan ook, maar veel overheden willen ze sluiten. Geen enkel bedrijf, hoe machtig ook, kan zich beroepen op de wetten van de fysica. De planeet zal niet plots zonder zwaartekracht vallen als ergens een economische sector wordt hervormd.
Zodra het zwaartepunt van de politieke debatten niet langer op de overheidsfinanciën ligt, kunnen de verkozen volksvertegenwoordigers zich overal ter wereld eindelijk focussen op de vragen die er echt toe doen, namelijk de vragen over hoe we allemaal met elkaar willen samenleven.
Hoe beschermen we ons milieu zonder te veel levenskwaliteit te verliezen?
Zijn elektrische auto's echt het beste antwoord op de klimaatopwarming?
Heeft een vrouw het recht om zelfstandig over een abortus te beslissen?
Mogen homokoppels kinderen adopteren? Of trouwen? Of blijven leven?
Is euthanasie ook mogelijk voor mensen met dementie?
Welke vakken moeten kinderen op school krijgen?
In elk land zal het antwoord op de in de praktijk overigens veel langere lijst vragen anders zijn, maar als het niet langer allemaal om geld draait, zullen de debatten tenminste op basis van de echte argumenten worden gevoerd.
Men kan zich natuurlijk afvragen hoe het allemaal zo ver is kunnen komen. Wat is er eigenlijk gebeurd in de jaren 1970 en waarom zijn alle begrotingen van de Westerse landen, toen toch de rijkste landen ter wereld, in het rood gegaan? Daar kunnen we ook nog een track over schrijven.
Track 4: Er is geen Palestijnse kwestie
Alvorens op de huidige ellende in het zogenaamde Heilige Land in te gaan, moeten we eens analyseren hoe we in deze situatie terecht zijn gekomen. Het is geen mooi verhaal en helaas kunnen we ons in het Westen niet op enige morele superioriteit beroepen. De conclusie kan ik alvast op voorhand al meedelen. Er is geen Palestijnse kwestie. Er is enkel een Israëlische kwestie. Het is dan ook niet nodig een oplossing voor de Palestijnen te bedenken. Er is enkel nood aan een oplossing voor het probleem dat zichzelf Israël noemt.
Het lijkt nogal overdreven in deze tekst zo sterk de nadruk op dit kleine land in het Midden-Oosten te leggen. Goed, er is daar een bloederige strijd aan de gang, maar dat is uiteindelijk niets nieuws en ook in andere landen worden onschuldige burgers vermoord. Alleen is het wel zo dat dit specifiek conflict al vijftig jaar lang de wereldpolitiek bepaalt zonder dat de overgrote meerderheid van de wereldbevolking dit ook maar enigszins beseft.
Eigenlijk zou hier nu een historisch overzicht moeten volgen waaruit duidelijk zou blijken dat de huidige gevechten een onderdeel vormen van de permanente staat van oorlog waarin de staat Israël zich al bevindt sinds het unilateraal uitroepen van de onafhankelijkheid na een aantal terroristische aanslagen op de Britten in hun toenmalig mandaatgebied Palestina. De oprichting van die staat is dan weer een gevolg van de industriële uitroeiingscampagne in veel Europese landen tijdens de Tweede Wereldoorlog, die dan weer een gevolg was van de frustratie en de woede in Duitsland om de nederlaag in de Eerste Wereldoorlog en de armoede na de beurscrash van 1929, waarna het karikaturale beeld van de Joodse bankier de kop van jut werd. Die Eerste Wereldoorlog was dan weer enkel mogelijk omdat de koningen en keizers van Europa een hele generatie konden overtuigen van het nut zich in de loopgraven tot gehakt te laten bombarderen door propagandacampagnes die werden geïnspireerd door een in de negentiende eeuw ontstane politieke trend, het nationalisme. Zonder de populariteit van het nationalisme in Europese landen zouden er geen wereldoorlogen zijn geweest en zou er nu ook geen gewapend conflict in Gaza zijn. Het zijn trouwens ook weer de nationalisten in Europa die Israël onvoorwaardelijk blijven steunen, waarschijnlijk omdat het Israëlisch leger doet wat zij stiekem ook wel zouden willen doen, namelijk moslims vermoorden.
Om de lengte van de tekst nog enigszins onder controle te houden, behandelen we dit beter niet in detail en focussen we best op de belangrijkste gevolgen van het conflict tussen Israël en zijn Arabische buren.
Het eerste van de belangrijkste gevolgen zien we vanaf 1973, toen het Israëlisch leger tijdens de zogenaamde Jom-Kipoer-oorlog met vooral Amerikaanse steun de verenigde legers de verenigde Arabische troepen wist te verslaan. De Arabische naties voelden zich hierdoor zo vernederd dat ze besloten een olie-embargo in te voeren, waardoor de prijs van ruwe olie, essentieel voor de Westerse bedrijven, de hoogte inschoot. Dit was het echte einde van de al dertig jaar durende periode van economische groei en politiek optimisme. Tot dan hadden de bedrijven er niet zo veel problemen mee hun werknemers mee te laten genieten van hun steeds groeiende inkomsten, maar nu de winsten daalden, wilden de eigenaars en aandeelhouders hun winstmarges in stand houden door middel van besparingen. Dit is het moment waarop de verrechtsing is begonnen die nu nog steeds aan de gang is.
Het tweede van de belangrijkste gevolgen is dat in de Arabische wereld een radicalisering in gang is gezet. Aangezien een zuiver militair conflict tussen reguliere legers duidelijk niet de manier was om Israël te dwingen enig respect te tonen voor de Palestijnen en voor de buurlanden waarvan grondgebied was afgepakt. Eerst werden de Palestijnen voornamelijk vertegenwoordigd door de PLO en Fatah, de beweging van wijlen Yasser Arafat. Zij vochten voor een onafhankelijk Palestina, maar legden de focus op grondgebied en wettelijke rechten. Ze werden evenwel steeds meer overschaduwd door veel extremere organisaties als Hamas en Islamitische Jihad, die religie centraal stelden. Terwijl de PLO probeerde de Israëlische bezetting te beëindigen van grondgebied waar de meeste moslims toch nooit kwamen, konden die nieuwe organisaties overal ter wereld mensen rekruteren of beïnvloeden die zich niet lieten leiden door het beeld van een onderdrukte etnische groep, maar door het beeld van een onderdrukte islam. Dit heeft dan weer geleid tot een groeiende golf aanslagen in de Westerse wereld door moslims uit allerlei landen, waaronder overigens bijzonder weinig Palestijnen, die niet vochten tegen Israël, maar tegen het Westen. Het is hierdoor dat de Europese democratieën al decennia worden geconfronteerd met extreemrechtse partijen die het beeld van de vijandige migrant electoraal uitbuiten om de macht te veroveren en eindelijk komaf te maken met de gehate idee van gelijkheid.
Het derde van de belangrijkste gevolgen is het groeiend belang van Joodse lobby's in diezelfde Westerse democratieën. Wie kritiek op het Israëlisch beleid uit, is meteen een antisemiet en wordt gelijkgeschakeld met de SS-bewakers van Auschwitz. Dat de hele Gazastrook al jaren een openluchtgevangenis is, wordt hierbij vlotjes over het hoofd gezien. Pro-Israëlische belangengroepen monitoren de Europese politiek van nabij en grijpen in telkens iemand met pro-Palestijnse standpunten enige macht zou kunnen verwerven, zoals is gebeurd met Jeremy Corbyn, die zonder de georchestreerde haatcampagne in de Britse pers de verkiezingen had kunnen winnen.
Erger nog is het in de VS, waar geen enkele president het aandurft substantiële kritiek op het Israëlisch beleid te voeren, waardoor veel linkse Amerikanen nu betwijfelen of ze wel voor Joe Biden willen stemmen en Donald Trump bijgevolg veel kans maakt om te worden herverkozen, wat hem in staat zou stellen de invloedrijkste democratie ter wereld in een dictatuur om te vormen en het grootste militaire apparaat ter wereld om te vormen tot een huurlingenleger voor zijn zakenvriendjes. Dankzij de Israëlische apartheidspolitiek riskeert Oekraïne een Russische kolonie te worden, kunnen de Baltische staten hun bescherming door de NATO verliezen en kunnen duizenden milieuvervuilende bedrijven in de VS vrij spel krijgen om de planeet definitief om zeep te helpen.
De vraag is natuurlijk hoe men dit best oplost. Hier volgt alvast een uitspraak die velen op het eerste gezicht onbegrijpelijk en provocerend zullen vinden.
“Neen aan de tweestatenoplossing!”
De oorspronkelijke onafhankelijkheidsverklaring, ondertekend in 1948, stelde dat “De staat Israël [...] zal gebaseerd zijn op het principe van vrijheid, gerechtigheid en vrede volgens de profeten van Israël; zal volledige sociale en politieke gelijke rechten handhaven voor al zijn burgers, ongeacht geslacht, ras of sekse; zal vrijheid van godsdienst, geweten, opvoeding en cultuur garanderen; zal de gewijde plaatsen van alle godsdiensten handhaven en zal nauwgezet de principes van het Handvest van de Verenigde Naties in acht nemen.” Deze tekst maakt echter geen deel uit van de Grondwet [13] en heeft geen echte bindende juridische waarde.
In 2018 nam het door nationalisten gedomineerde parlement de Wet op de Natiestaat aan. Dat document was veel duidelijker over de uiteindelijke bedoelingen van de Israëlische overheid, zoals blijkt uit de uitspraak van premier Netanyahu dat Israël “niet een staat voor al zijn inwoners is, maar alleen voor het Joodse volk”. Hoe racistisch kan een tekst eigenlijk zijn? Dit is de wettelijke invoering van een apartheidsregime dat zeker niet moet onderdoen voor het Zuid-Afrikaanse voorbeeld. De kern van het probleem is dan ook niet dat de Palestijnen geen eigen land hebben. Het probleem is veeleer dat de Palestijnen in Israël wonen, waar ze niet eens als tweederangsburgers, maar als laatsterangsburgers worden behandeld.
Een onafhankelijke Palestijnse staat zou dit niet oplossen. De lapjes grond die de Palestijnen eventueel, mits de nodige internationale steun, zouden kunnen claimen, zijn economisch niet rendabel, overbevolkt en dankzij aanhoudende bombardementen volledig gestript van alle openbare voorzieningen. Een onafhankelijke Palestijnse staat zou gedurende jaren afhankelijk worden van buitenlandse humanitaire hulp en zou niet in staat zijn ook maar iets te produceren waar ze genoeg inkomsten kan uithalen om de eigen bevolking onderwijs, ziekenzorg of zelfs maar huisvesting aan te bieden.
Ik pleit dan ook voor een federaal Israël, een enkele staat waarin verschillende bevolkingsgroepen op basis van gelijkheid samenwonen. Dat impliceert natuurlijk dat de staat Israël zich omvormt tot wat het moet zijn, een staat voor alle inwoners van haar grondgebied en dat bepaalde Arabische milities stoppen dit conflict als een heilige oorlog in naam van hun eigen onzichtbare god te beschouwen.
Tot slot wijs ik er ook graag nog op dat er wereldwijd ongeveer 15 miljoen Joden zijn, waarvan er iets meer dan 5 miljoen in Israël leven. Of deze groep een overdreven grote invloed op de wereldpolitiek heeft, laat ik aan de lezer over, maar er zijn 16 miljoen Cambodjanen, 19 miljoen Kazakken, 15 miljoen Senegalezen en 27 miljoen Ivorianen. Wat is hun invloed eigenlijk? De EU, daarentegen, telt 448 miljoen inwoners en komt ook buiten de eigen grenzen zeer vaak in het nieuws. Maar gaat het wel echt om een unie?
Track 5: Een echte unie voor de Europeanen
Wat men over het algemeen de EU noemt, is een stevig uitgebouwde organisatie, met eigen instituties, beslissingsorganen, regels en richtlijnen. Een echte unie zou ik het echter nog niet noemen. Daarvoor zijn er nog iets te veel gebreken, allemaal het gevolg van de weigering van politieke elites in de lidstaten om toe te geven dat hun parlementen en regeringen minder belangrijk zijn dan de Europese Commissie en het Europees Parlement [14]. In feite vechten de Europese lidstaten nu, zij het gelukkig met iets minder bloedvergieten, hun eigen versie uit van de Amerikaanse Burgeroorlog, een strijd tussen het federalisme en het confederalisme. De vraag is wat de EU moet regelen wat de lidstaten zelf in handen willen houden, maar voor we daarop kunnen ingaan, moeten we ons een nog fundamenteler vraag stellen. Dient de EU nu eigenlijk het belang van de lidstaten of het belang van de Europese bevolking?
Dit is zeker niet hetzelfde, want op dit ogenblik hebben de lidstaten nog zo veel eigen bevoegdheden dan ze een eigen economisch en fiscaal beleid kunnen voeren, eigen regels inzake arbeidsvoorwaarden in stand kunnen houden en voor hun eigen sociale zekerheid instaan. Het gevolg is dat de lidstaten gewoonweg met elkaar concurreren. Door de lonen laag te houden, proberen sommige lidstaten bedrijven van anderen af te snoepen. Door andere btw-tarieven te hanteren, maken ze import interessanter voor de eigen bedrijven. Door milieu-inspecties tot een minimum te beperken, zorgen ze voor een gunstige concurrentiepositie voor diezelfde eigen bedrijven.
Dit is allemaal niet in het belang van de eigen bevolking, maar wel in het belang van de economische en politieke elites van bepaalde lidstaten. Ze kunnen, bijvoorbeeld, de arbeidskrachten waarvoor ze in eigen land geen plek vinden gewoon tegen een goedkoop tarief naar andere landen versluizen, waar ze dan arbeidsplaatsen van de lokale bevolking inpikken. Het is niet verwonderlijk dat de anti-Europese partijen vooral scoren bij de laaggeschoolden die hier het grootste slachtoffer van worden, hoewel diezelfde partijen eigenlijk net zo schuldig zijn aangezien ze de Europese bevoegdheden net nog meer willen beperken.
De enige oplossing die alle inwoners van de EU werkelijk vooruithelpt, is net een uitbreiding van de EU tot op het punt dat het werkelijk een unie kan worden genoemd. Ik formuleer dan ook graag een eisenpakket voor al onze overheden, die zich gerust wat bewuster zouden mogen worden van de precieze reden waarom ze bestaan.
Ik eis een Europese Fiscale Unie, waarin alle lidstaten gelijkgeschakelde belastingtarieven hanteren voor de btw en de vennootschapsbelasting.
Ik eis een Europese Sociale Unie, waarin alle lidstaten dezelfde sociale bescherming bieden en waarin overal een uniform minimumloon geldt.
Ik eis een Europese Politieke Unie, waarin de Europese Raad ondergeschikt wordt gemaakt aan het Europees Parlement.
Ik eis een Europese Humanitaire Unie, waarin alle lidstaten gezamenlijk de problemen opvangen en niet, bijvoorbeeld, vluchtelingen aan een paar lidstaten overlaten door te weigeren ze zelf op te vangen.
Ik eis een Europese Ecologische Unie, waarin alle lidstaten dezelfde strenge milieunormen moeten hanteren.
Ik eis een Europese Juridische Unie, waarin Europese magistraten al het bovenstaande ook daadwerkelijk kunnen afdwingen en, indien nodig, Europese veroordelingen van privépersonen en ondernemingen kunnen uitspreken.
Dat klinkt allemaal mooi, maar als de nationale en regionale overheden dit niet zien zitten, is de vraag natuurlijk hoe dat doel kan worden bereikt. Wel, daarvoor heb ik ook een concreet voorstel klaar.
“Elke partij die een lijst met kandidaten voor het Europees Parlement wil indienen, moet in minstens vijf lidstaten opkomen. Enkel indien in minstens vijf lidstaten de kiesdrempel wordt behaald, kunnen de verkozenen van deze partij in het Europees Parlement zetelen.”
Het moet eens gedaan zijn met die nationale of zelfs regionale partijen die wel invloed op de Europese beslissingen willen hebben, maar dan enkel om de belangen van hun eigen land of regio te verdedigen. Wie Europees zijn zegje wil doen, moet de belangen van de hele EU willen behartigen.
Dit is natuurlijk dikke pech voor de extreme nationalisten die de EU willen omvormen tot een krachteloze confederatie die voor elke beslissing om de goedkeuring moet smeken van regeringen die enkel aan hun eigen belangen denken, maar dat is niet eens de essentie van mijn voorstel. Het gaat me er vooral om dat wie lid van een vereniging wil zijn eerst ook de doelstellingen van die vereniging moet onderschrijven.
De extreemrechtse dreiging valt nochtans niet te onderschatten en misschien moeten we in de volgende track eens onderzoeken wat nu eigenlijk voor de gewone burger het grootste gevaar van een autoritaire dictatuur is.
Track 6: De dictator regeert niet alleen
Volgens vele bronnen is de democratie in gevaar. Overal ter wereld zien we de verdere opkomst van partijen die een autoritair model bepleiten of zien we de bestendiging van de macht van de zittende dictator. De dictator is dan ook het ideale voorbeeld van hoe het in de politiek volledig kan mislopen. De geschiedenis biedt ons immers genoeg voorbeelden van sadistische alleenheersers. Niemand is veilig voor hun paranoia en hun volledige agenda is afgestemd op hun eigenbelang. Stalin stuurde zelfs trouwe aanhangers naar de Goelag enkel omdat hij vaag de indruk had dat hij hen toch niet volledig kon vertrouwen. Wie zich uitspreekt tegen Poetin, krijgt plots een onfortuinlijk ongeluk. De opeenvolgende Iraanse ayatollahs zien meisjes liever dood dan zonder hoofddoek. Wijlen Saddam Hoessein, Pinochet, Idi Amin Dada of Papa Doc Duvalier hadden allemaal folterkamers klaarstaan voor elke dissident die commentaar op hun almacht had. Hoewel de planeet nog slechts 27 monarchieën telt [15], lijkt het wel alsof een groot gedeelte van de wereld nog onder het Ancien Regime leeft.
Men kan natuurlijk lang discussiëren over wat een volmaakte democratie is en welke landen in deze categorie vallen. Zo stelt de studiedienst van The Economist, die zichzelf nogal bombastisch de 'Economist Intelligence Unit noemt', jaarlijks de zogenaamde 'Democracy Index' samen, een rangschikking van alle landen ter wereld op basis van hun score op criteria die het democratisch gehalte bepalen, zoals eerlijke verkiezingen, persvrijheid, onafhankelijke rechtbanken enzovoorts [16].
De algemene conclusie van dit onderzoek is dat het democratisch gehalte overal afneemt. Maar liefst 54,6 percent van de wereldbevolking leeft in een land dat op geen enkele wijze als een democratie kan worden beschouwen. Democratieën worden minder democratisch en autoritaire staten worden nog repressiever. Blijkbaar is niemand veilig en dreigen we allemaal onder het juk te belanden van iemand die zich uitroept tot de Grote Redder. Symptomatisch hiervoor is trouwens de steeds flagrantere transitie van miljardairs uit de zakenwereld die plots vinden dat de gewone burger hen ook wel eens mag beginnen beschouwen als de slimste en capabelste mensen ter wereld. Goede voorbeelden zijn Donald Trump, Rishi Sunak en de nog narcistischer en eigenlijk zelfs machtiger Elon Musk.
Iedereen heeft wel een beeld in zijn hoofd van wat een gewetenloze dictator zoal uitspookt, zeker omdat we over genoeg boeken, films, televisieseries en dergelijke beschikken waarin haarfijn wordt uitgelegd hoe een repressieve overheid te werk gaat. Waar mensen meestal niet bij stilstaan, is hoe het zo ver kan komen. Uiteindelijk zullen de meeste mensen die door een dictator worden geregeerd, indien ze de kans zouden krijgen eerlijk hun mening te geven, wel laten weten dat ze eigenlijk liever in een democratie zouden leven. Gezien het geringe aantal erfelijke titels en absolute monarchieën, is de vraag dan ook hoe een dictator aan het hoofd kan komen staan van een bevolking die wel weet wat zijn bewind voor hen zal betekenen.
Het antwoord is dat de definitie eenvoudigweg niet klopt. De dictator is geen alleenheerser. Meer nog, de dictator is net even afhankelijk van de medewerking van anderen als de premier van een democratische regering, een bedrijfsleider of de voorzitter van de plaatselijke voetbalclub. De dictator is natuurlijk het uithangbord van het regime en veel tegenstanders zien hem als het belangrijkste doelwit, maar uiteindelijk is hij ook vervangbaar. Als hij overlijdt, kan een opvolger het roer overnemen zonder veel aan het beleid te veranderen.
Het is net daar dat het grootste gevaar schuilt. De meeste mensen die zijn gestorven in de foltercellen van Irak hebben Saddam Hoessein nooit ontmoet. De dictator houdt zich niet bezig met het dagelijks beleid in zijn gevangenissen. Daar heeft hij handlangers voor en het zijn net zij die de onderdrukking in de praktijk brengen.
Om dit te begrijpen, moet men wel een vaak gemaakte denkfout omzeilen. Het doel van de dictator is niet macht. Het doel is machtsmisbruik. Vergeet de vaak geciteerde uitspraak van Bertrand Russell dat absolute macht absoluut corrumpeert. De aspirant-dictator wil al van voor zijn machtsovername de macht misbruiken en weet dat hij de bevolking zal moeten onderdrukken om dit doel te kunnen bereiken [17]. Hij is echter niet alleen.
Zonder de hulp van een gewelddadige politiemacht, een partijdige magistratuur, een tot propaganda-apparaat omgevormde media, een indoctrinerend onderwijs en een slaafse administratie zakt het bewind van een onderdrukker al na een week in elkaar. Zonder deze hulptroepen zouden er zelfs nergens dictaturen zijn. De volgende vraag is dan ook waarom deze duizenden of in sommige gevallen zelfs miljoenen mensen zich tot deze medeplichtigheid laten verleiden. Uiteindelijk staan ze zelf niet aan de top en weten ze goed genoeg dat ze zelf nooit de almachtige positie of onmetelijke rijkdom van de dictator zullen verwerven.
Het komt erop neer dat ze hun eigenbelang op alle mogelijke morele principes laten primeren, maar men mag dit niet tot hebzucht herleiden. Natuurlijk is de kans op geldelijke beloningen groter voor wie het regime actief steunt dan voor zij die in een cel wegrotten, maar het is meer dan dat. Ook in een dictatuur verdient een politieagent, onderwijzer of lagere ambtenaar geen fortuinen. Sommigen spelen het spelletje mee uit vrees voor het eigen leven, maar ook dat verklaart nog niet alles. Dit zal allicht gelden voor veel van die lagere ambtenaren of onderwijzers, maar niet voor de politieagenten, die het regime niet enkel verdedigen met het woord, maar ook met bloederige daden.
De politie bestaat in democratieën natuurlijk ook niet uit engeltjes en er zijn genoeg verhalen over hoe zij onschuldige burgers en geweldloze protesten aanpakken, maar als men hen zelf aan het woord laat, klagen ze vooral over hun frustraties. Ze voelen zich te zeer gebonden aan de regeltjes die worden uitgevaardigd door politici die volgens hen niet weten hoe het er op het terrein aan toegaat. Ze voelen zich vernederd door al de beledigingen die ze niet enkel tijdens betogingen of interventies, maar ook in de pers en in boeken, films of songteksten naar het hoofd krijgen geslingerd. Ze vinden dat zij, beter dan de rest van de bevolking, zijn geplaatst om de wet niet enkel te handhaven, maar ook te herschrijven op basis van hun inzichten. Ze vinden dat ze te weinig respect krijgen voor de rol die zij vervullen, die van de verdedigers van de beschaving tegen de barbaarse hordes die de maatschappelijke orde willen hervormen [18]. De gefrustreerdsten onder hen staan in elke democratie klaar om de aspirant-dictator te steunen. Het eerste wat een nieuwe dictator dan ook doet, is de politie van de leiband halen. Hij geeft hen eindelijk de zo gewenste vrijheid om te doen wat zij nodig vinden om de maatschappelijke structuren in stand te houden, waardoor ze een vrijgeleide krijgen om hun eigen positie in die structuren een stevige promotie te geven en iedereen met geweld te dwingen hen eindelijk eens te respecteren.
Een analyse van een probleem is natuurlijk weinig waard als men niet ook een oplossing kan voorstellen. Ik doe graag een poging.
“Iedereen die een functie wil uitoefenen waarin hij of zij leiding over anderen krijgt of waarin hij of zij het recht krijgt wapens te dragen, moet eerst uitgebreide psychologische tests ondergaan. Indien hieruit kan worden geconcludeerd dat er een reëel gevaar is dat de persoon in kwestie zijn macht zal gebruiken om zijn eigen positie ten koste van anderen te verbeteren, kan hij de functie niet krijgen.”
Men kan in dit land amper een functie krijgen zonder diploma, getuigschrift of certificaat en wie een carrière bij de overheid ambieert, moet allerlei examens, assessments, evaluaties en proefperiodes doorstaan. Waarom zouden we dat lakser maken voor mensen die van rechtswege geweld mogen gebruiken of voor mensen die door hun leidinggevende positie verantwoordelijk zijn voor het lot en het geluk van de bevolking?
We moeten met zijn allen eens wat voorzichtiger worden. De topfuncties in het land aan narcisten en sociopaten geven, zal niemand gelukkiger maken, behalve natuurlijk zij die door onze gemakzucht plots de kans krijgen hun positie te misbruiken. Het gaat hier niet eens om ethiek of om democratie, maar eenvoudigweg om een zorgvuldige beoordeling van de mentale gezondheidstoestand van ambitieuze mensen. Iemand als Donald Trump, om eens een letterlijk wereldberoemd voorbeeld [19] te nemen, is niet in de eerste plaats een slechte presidentskandidaat omdat hij extreemrechtse ideeën aanhangt, racistische praat verkoopt of regelmatig van misdaden worden beschuldigd. Hij is in de eerste plaats ongeschikt voor dat ambt omdat hij een narcist is die geen voeling met de realiteit heeft, geen enkele vorm van empathie kent en geen enkele situatie kan beoordelen of beslissing kan nemen zonder uitsluitend aan zijn eigenbelang te denken. Dergelijke figuren moeten we weghouden van de top.
Zoals toegelicht, heeft een dictator voor zijn mars naar de absolute top steeds de steun nodig van tenminste een gedeelte van de bevolking. Zijn belangrijkste middel om daarvoor te zorgen, is een zorgvuldig uitgetekende en niet-aflatende propagandacampagne, waarbij een vijandbeeld altijd handig is. Laten we eens een voorbeeld van nabij bekijken.
Track 7: Het doelwit van de racist is niet de vreemdeling
Het is nu al jaren of zelfs decennia zo dat elk debat tussen linkse en rechtse partijen en hun aanhangers al na enkele minuten een debat wordt over migratie, de aanwezigheid van andere culturen, nationale identiteit en omvolking, het laatste modewoord in de rij. Het zegt veel over de linkse partijen dat ze steeds in die val trappen en er zelden in slagen het gespreksonderwerp te verschuiven naar, ik zeg maar iets, kansarmoede, milieuvervuiling, klimaatopwarming, belastingontduiking, wachtrijen in de gezondheidszorg of de leesvaardigheden van de kinderen in onze scholen. Die punten komen meestal enkel aan bod als extreemrechts niet mee aan tafel zit om al na enkele seconden iedereen met de eigen stokpaardjes te bombarderen.
Het Vlaams Belang doet nu wel zijn best om zich als een zogenaamde sociaalvoelende volkspartij te profileren, maar zelfs de eenvoudige vaststelling dat er te weinig betaalbare woningen zijn, wordt al meteen een aanval op vluchtelingen die in onze zeldzame sociale woningen [20] zitten.
Men zou bijna denken dat partijen die het constant over al die ongewenste vreemdelingen hebben hen ook als hun belangrijkste doelwit zien. Het is echter belangrijk dat elke zichzelf als progressief omschrijvende mens eindelijk eens inziet dat dit beeld om verschillende redenen niet klopt.
Ten eerste gaat het nooit om alle migranten. Ze worden in de propaganda natuurlijk wel allemaal gemakkelijkheidshalve over een en dezelfde kam geschoren, maar eigenlijk zijn er genoeg etnische groepen die in de praktijk uit het vizier blijven. De nadruk wordt gelegd op een gebrek aan integratie, op criminaliteit, op uitkeringsfraude, op anderstaligheid, op werkloosheid en op overlast in probleemwijken. Als iemand voor een anti-migratiepartij wil stemmen, moet hij volgens mij ook wel het lef hebben om te zeggen over wie het eigenlijk gaat. De gemiddelde kiezer van het Vlaams Belang en hun equivalenten in al die andere Europese landen heeft geen probleem met alle vreemdelingen. Hij heeft een probleem met arme vreemdelingen. Hij heeft een probleem met mensen die in kansarmoede leven, geen werk vinden en opgroeien in omstandigheden die het niet eenvoudig maken goede schoolresultaten te halen. Hij heeft in feite een probleem met de Vlamingen zoals die in de negentiende eeuw zelf waren.
Ten tweede gaat het in essentie niet eens om die migranten. De gemiddelde kiezer van het Vlaams Belang, de PVV, AfD, het Rassemblement national en aanverwanten is bozer op diegenen die de migranten hebben toegelaten dan op de migranten zelf. Zij voelen zich verraden door de politici, hun partijen en hun kiezers die de grenzen niet lang geleden al hebben gesloten. Zij vinden het de schuld van die progressieve medeburgers dat ze geen werk vinden, geen woning kunnen kopen, geen toekomst voor hun kinderen zien en hun buurten zien verloederen. Dat dit het totaal voorspelbaar resultaat van een op globale concurrentie gestoeld economisch model is, komt niet eens bij hen op.
Ten derde gaat het niet eens om alle kiezers of mandatarissen van die progressievere partijen. Er zit namelijk een groep tussen die werkelijk al hun haat over zich heen krijgt en die ze liefst van al tot de laatste man zouden uitroeien. Het werkelijke doelwit van de strijd die extreemrechts wil voeren, is niet de migrant, die men overigens nu en dan wel handig vindt om voor weinig geld de vuilste jobs uit te voeren, maar de intellectuelen en de experts die genoeg historisch besef en redeneervermogen hebben om de grote wereldproblemen te zien achter de alledaagse problemen van individuele gezinnen.
Als een extreemrechtse sympathisant die op het eerste gezicht als een ordinaire racist [21] overkomt de kans zou krijgen en grijpen om in alle eerlijkheid over zijn echte frustraties te spreken, zou het verhaal snel een andere kant uitgaan, weg van huidskleur en afkomst.
Wat zij willen, is een maatschappij die ze kunnen begrijpen. De wereld is gewoon te ingewikkeld geworden. Door de globalisering moet men nu rekening houden met macro-economische ontwikkelingen op andere continenten. Er wordt hen gevraagd minder energie te verbruiken en rekening met het klimaat te houden, maar dankzij de verwarring die door grote bedrijven betaalde lobbyisten blijven creëren, zien ze geen duidelijke vooruitgang of zelfs maar een overkoepelende strategie om dat alles aan te pakken, waardoor hun inspanningen futiel lijken. Om in de 'global village' met iedereen te communiceren, spreekt men best meer dan een taal. Werkzoekenden worden steeds in de richting van bijscholing gestuurd en men krijgt de vacatures in de IT-sector niet ingevuld, maar wie een goede vakman zoekt, kan weken wachten. Zelfs het onderscheid tussen man en vrouw wordt steeds onduidelijker, want na de traditionele rollen wordt nu zelfs de traditionele biologie in vraag gesteld. Ze snappen gewoon niet meer waar de wereld naartoe gaat en het is daartegen dat ze zich verzetten.
Dat verzet is trouwens niet blindelings tegen de hele mensheid op zich gericht, maar tegen de mensen die hier volgens hen schuld aan hebben, zij die zonder problemen en zelfs met plezier door die nieuwe wereld flaneren, op zoek naar nieuwe boeiende ervaringen. Zij willen geen exotische vakantie om een nieuwe cultuur te leren kennen, maar een vakantie in de zon in een van de lokale gemeenschap afgesloten hotel waar het personeel hun taal spreekt en herkenbare maaltijden serveert.
We kunnen gemakkelijk de parallel trekken met de Brexit. Na een overigens met flagrante leugens doorspekte campagne, heeft een grote groep Britten [22] zich in 2016 voor een vertrek uit de EU uitgesproken, een beslissing waarvan ondertussen al veel Britten spijt hebben. Over de stemming, de akkoorden en de gevolgen zijn al veel teksten geschreven, maar we kunnen het eigenlijk heel eenvoudig samenvatten. De 'Leave'-stemmers vinden dat ze op een eiland wonen. De 'Remain-stemmers vinden dat ze op een planeet wonen. Zo eenvoudig is het en zo eenvoudig is ook het succesverhaal van partijen die racisme gebruiken als een gemakkelijk onder woorden te brengen lokmiddel.
Maar uiteindelijk ging het om racisme en ik moet nog een concreet standpunt formuleren.
“Er is geen racismebestrijding. Er is enkel kansarmoedebestrijding.”
We zouden beter allemaal wat meer zwijgen over waar mensen vandaan komen en wat meer spreken over de situatie waarin mensen zich nu bevinden. Dat zijn de problemen die we moeten aanpakken en enkel indien we daar werk van maken, zal ook het racisme afnemen.
Dat allemaal gezegd zijnde, scoren extreemrechtse partijen wel zeer goed en dat tot ver buiten de Europese grenzen. Ook Brazilië, de VS en Australië hebben de voorbije jaren uitgesproken antidemocratische regeringsleiders gehad. In Indië is premier Modi enkele dagen geleden zelfs herverkozen. In Rusland is er zo ook eentje opnieuw aangesteld, maar niemand neemt die verkiezingsresultaten ernstig, zelfs de Russen zelf niet [23]. Verkiezingen zijn nochtans een cruciale wervel in de ruggengraat van de democratie. Politici die het niet aandurven mensen op hun fouten te wijzen, beweren wel eens dat “de kiezer altijd gelijk heeft”. Is dat ook zo?
Track 8: Alsof de kiezer altijd gelijk heeft
Het heeft weinig zin het warm water opnieuw uit te vinden als men een goed functionerende kraan in de keuken heeft. In maart 2018 heb ik hierover al een blogpost geschreven die de zaak vrij goed samenvat [24].
Om het kort te houden, citeer ik gewoon de twee conclusies.
“de goed geïnformeerde kiezer die over zowat alle maatschappelijke problemen hard heeft nagedacht, heeft meestal gelijk”
“de kiezer is het doel van allerlei pogingen tot manipulatie, maar hoeft zich hierdoor niet te laten beïnvloeden”
De kiezer heeft niet per definitie altijd gelijk. Meer nog, de kiezer heeft vaak ongelijk omdat hij zich laat misleiden door propaganda, zich laat leiden door een niet op feiten gebaseerd 'buikgevoel' of omdat hij niet in staat is de allerrecentste gebeurtenissen in een ruimere context te zien. Vaak ook blijkt de kiezer amper te weten voor wat of wie hij eigenlijk stemt. In de aanloop naar verkiezingen worden we natuurlijk overspoeld met allerlei televisiedebatten tussen kopstukken [25], maar zelfs dan krijgen zij, laat staan de experten die de onderwerpen tot in het kleinste detail beheersen, niet voldoende spreektijd om elk aspect aan bod te laten komen, waardoor het meestal bij een opsomming van samenvattingen blijft.
Hoe zorgen we er dan voor dat de kiezer een goed onderbouwde stem kan uitbrengen? Het is immers ironisch dat men net voor de twee belangrijkste zaken die men in het leven kan doen, namelijk stemmen over de toekomst van de samenleving en een kind op de wereld zetten, geen enkele opleiding moet volgen. Ik heb een voorstel, maar of daar ook een politieke meerderheid of steun bij de bevolking voor te vinden valt, is natuurlijk een heel andere vraag.
“Politieke bewustwording wordt een verplicht onderdeel van het secundair onderwijs voor alle leerlingen die in de afzienbare toekomst van het stemrecht zullen kunnen genieten”
Dit moet verder gaan dan gewoon wat vrijblijvende toelichting in een verkiezingsjaar, zoals we dat nu zien. Dit moet een wezenlijk deel worden van het lessenpakket. We mogen niet vergeten dat het middelbaar onderwijs [26] vroeger meestal de humaniora werd genoemd, letterlijk te vertalen als 'menswording'. De afgelopen decennia is dit steeds meer verengd tot het klaarstomen van jongeren voor de arbeidsmarkt, zonder veel aandacht aan hun toekomstige rol in de rest van de maatschappij te besteden. Dit roept vragen op die ik met plezier eens zou voorleggen aan de vertegenwoordigers van Unizo, VOKA en al die andere verenigingen en federaties die enkel de belangen van een klein, maar economisch significant percentage van de bevolking vertegenwoordigen.
Heeft de maatschappij niet meer aan pas afgestudeerde jongeren die weten hoe de maatschappij functioneert en welke rol de politiek daarin speelt dan aan jongeren die de dag nadien bij een bedrijf kunnen beginnen?
Is de maatschappelijke kost uiteindelijk niet groter indien ons onderwijs jongeren aflevert die langs geen kanten weten hoe de maatschappij in elkaar zit, welke rol zij daarin kunnen spelen en hoe zij door deelname aan het politiek proces hun eigen toekomst kunnen beïnvloeden?
Dit lost natuurlijk niet alles op en ik durf dan ook een nog veel controversiëler tweede voorstel te formuleren.
“Elke burger die het onderwijs al heeft verlaten, wordt opgeroepen om een verplichte cursus te volgen waarin wordt toegelicht hoe het politiek systeem in ons land werkt en welke rol de burger in het politiek proces kan spelen”
Dit zou natuurlijk op veel verzet stuiten, waarbij velen zich uit gemakzucht achter de kostprijs zullen verschuilen om de eigenlijke inhoud niet te moeten bespreken. Het is dan ook moeilijk om echte tegenargumenten te bedenken. Het kan nooit kwaad iets bij te leren. Het kan zeker geen kwaad beter te begrijpen hoe de overheid, die een groot deel van het dagelijks leven bepaalt, haar beslissingen neemt. Als alle partijen zich, al dan niet terecht, tot grote verdedigers van de democratie uitroepen, kunnen ze zich moeilijk verzetten tegen de idee dat de kiezer ook mag weten hoe de vork in de steel zit. Meer nog, het is de burger die onrechtstreeks de werkgever van alle betaalde mandatarissen is, wat betekent dat hij ook wel mag weten hoe die worden veronderstel hun job uit te oefenen. Bovendien veranderen de regels wel eens, zeker in een land waarin bepaalde partijen elke vijf jaar een nieuwe staatshervorming willen doorvoeren, wat betekent dat de kennis van jaren geleden misschien niet meer helemaal up-to-date is.
Een bevolking die weet hoe alles werkt, welke regering waarvoor bevoegd is, hoe wetten en decreten tot stand komen en welke mechanismen er zijn om de macht van politici door middel van controles te beperken, zal minder gemakkelijk worden verleid tot standpunten die eigenlijk enkel op propaganda zijn gebaseerd. Het zou er, bijvoorbeeld, toe kunnen leiden dat burgers niet meer klagen over het wanbeleid van hun gemeentebestuur ten aanzien van een probleem waarvoor het Vlaamse Gewest eigenlijk bevoegd is en waar de gemeente niets aan mag doen. Het zou er ook toe kunnen leiden dat mensen weten waar ze de echte feiten kunnen opzoeken voor ze zich door internettrollen in een bepaalde richting laten duwen. Het zou de tevredenheid van de bevolking enkel ten goede komen en het is net op die ontevredenheid dat de antidemocratische partijen teren.
Maar dat betekent natuurlijk niet dat die ontevredenheid er nu niet is. De nationale sport der Belgen is niet voetbal, maar klagen. Het is natuurlijk niet mogelijk hier alle protesten van de afgelopen jaren te overlopen, laat staan stuk voor stuk te bepalen wie gelijk heeft. Soms is er echter een serieus verschil tussen de eisen die betogers stellen en de belangen van diezelfde betogers. Het is niet enkel in het stemhokje dat mensen worden gemanipuleerd.
Track 9: “Boerenprotesten, Wetstraat bemesten” [27]
Ondanks alles moeten we vaststellen dat er in dit land niet veel massabetogingen tegen migratie, intellectuelen of progressieve beleidsmaatregelen zijn. Nu en dan komt extreemrechts wel eens op straat, maar meestal blijft het bij een collectie marginalen en voetbalhooligans die luidkeels roepen hoe stoer ze wel niet zijn, waarna de ergste gevallen weer eens worden opgepakt. De echte grote protesten komen pas als een bepaalde groep zich in de portemonnee voelt aangevallen, zoals onze agrarische land- en continentgenoten al maanden laten horen.
De landbouwers protesteren tegen ongeveer elke overheid die iets over het landbouwbeleid te vertellen heeft, van de Vlaamse Regering tot de Europese Commissie. Ze klagen over de te lage prijzen die ze van de supermarkten voor hun producten krijgen, over te strenge milieuregels en over een algemeen gebrek aan respect van de rest van de bevolking, die zonder hen letterlijk geen voedsel op tafel zou kunnen zetten. Dat klinkt allemaal zeer redelijk en terecht, maar wie protesteert nu eigenlijk en wie haalt hier enig voordeel uit?
Op het eerste gezicht is dit een protest van onderbetaalde overwerkte kleine boeren die moeizaam proberen het hoofd boven water te houden. Zo zitten er wel een aantal op de tractoren die regelmatig de Europese Wijk in Brussel belegeren, maar we moeten toch ook eens kijken naar wie daar nog zoal met slogans zwaait en dan springen twee specifieke groepen toch het meest in het oog.
Ten eerste is veel van het lawaai afkomstig van de Boerenbond, een organisatie die door velen volledig onterecht als een syndicaat voor de landbouwsector wordt beschouwd. De Boerenbond is een ledenorganisatie, maar toch vooral een verdediger van de eigen belangen. Landbouwers worden onder druk gezet om steeds verder uit te breiden en steeds meer te investeren, meer bepaald in producten die de Boerenbond zelf aanbiedt, wel te verstaan. De Boerenbond verdedigt niet de landbouwsector, maar wel de eigen financiële langetermijnplanning, maar blijft zich wel profileren als een organisatie die alle boeren vertegenwoordigt.
Ten tweede is nog meer van het lawaai afkomstig van landbouwers die zich grotendeels of zelfs uitsluitend op de export richten. Zij willen grote, industriële bedrijven die liefst alle mogelijke chemische producten mogen gebruiken om hun winst te maximaliseren. De hypocrisie van deze groep is zo mogelijk nog irritanter dan de rookgordijnen van de Boerenbond. Ze beweren dat ze voor voedsel voor de Belgische gezinnen zorgen, terwijl ze bijna al hun producten aan buitenlandse groothandels verkopen. Ze beweren dat boeren dicht bij de natuur staan, terwijl ze steeds meer natuurgebied willen inpalmen voor hun buitenlandse handel. Als kers op de taart beweren ze tot slot dat alle overheden ervoor moeten zorgen dat zij het financieel kunnen bolwerken, terwijl ze zelf wel de keuze hebben gemaakt om al hun geld te investeren in gigantische verwerkingsbedrijven die zelfs van ver niet meer op een echte boerderij lijken.
Maar toch hebben ze hun slag thuisgehaald, want zowel de Vlaamse Regering, de Belgische Regering en de Europese Commissie hebben al toegevingen gedaan die de jarenlange inspanningen van milieubewegingen en experts onderuit halen. Blijkbaar is het nog niet genoeg dat de EU 38 percent van zijn uitgaven besteed aan het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid dat in ruil slechts 1,3 percent van het bbp van de EU vertegenwoordigt. Blijkbaar is het nog niet genoeg dat dodelijke producten als glyfosaat nog steeds niet uit de handel zijn genomen. Als iemand in een overvol land met een dreigende woningnood en een afnemende biodiversiteit een louter op massaproductie gebaseerd landbouwbedrijf wil neerpoten, moet de rest van de samenleving maar braafjes geld ophoesten om die ambitie waar te maken.
Het is tijd voor een radicale maatregel die hier komaf mee maakt.
“Alle in België gevestigde landbouwbedrijven van wie de productie voor meer dan 50 percent op de export is gericht, verliezen hun milieuvergunning.”
Het moet ermee gedaan zijn. Als iemand hier een boerderij wil beginnen of voortzetten, mag dat natuurlijk. Meer nog, we zijn best niet te zeer afhankelijk van het buitenland voor onze voedselproductie. Maar dat mag niet betekenen dat ons kostbaar grondgebied mag worden ingepalmd door bedrijven waar onze eigen bevolking enkel nadelen van ondervindt.
Het is trouwens niet zo dat men in andere landen van ons voedsel afhankelijk is, want 74 percent van de export gaat naar andere Europese lidstaten [28], waar ze meestal meer ruimte hebben om boerderijen onder te brengen.
Ik heb er natuurlijk geen probleem mee dat mensen de protesten van anderen ondersteunen, zelfs als ze in eerste instantie niets met de problemen te maken hebben. Dat is zelfs de bron van alle internationale solidariteit. Maar men moet wel opletten wiens protest men steunt en tot welke steunbetuigingen men zich met halve waarheden laat verleiden.
Natuurlijk is dit geen Belgisch probleem. Zeker voor de landbouw geldt dat het merendeel van het beleid eigenlijk op het Europees niveau wordt uitgetekend. Alleen voelen veel Europeanen geen echte band met die unie. De EU is geen geweldige PR-machine en blijft voor veel mensen een bolwerk van bureaucraten zonder voeling met de werkelijkheid. Het is zeker niet mijn bedoeling hier te beweren dat er geen ruimte voor verbetering meer is, maar op dat vlak is er een schrijnend gebrek aan ambitie. Het kan nochtans allemaal veel beter, als men tenminste naar de echte toekomstmogelijkheden kijkt en de woordenschat hieraan wil aanpassen.
Track 10: Een nieuwe Unie, met Europees oorsprongscertificaat
Ondanks alle tekortkomingen van ons politiek systeem, mogen we toch ook wel een beetje trots zijn op onze verwezenlijkingen. De EU is verre van perfect en wordt constant geplaagd door interne verdeeldheid, protectionistische reflexen en overbetaalde lobbyisten, maar ze vertegenwoordigt iets waar in verre landen velen jaloers op zijn. Uiteindelijk hebben we een stabiel systeem, met tientallen akkoorden en verdragen waarin de mensenrechten op zijn minst nadrukkelijk worden vermeld, onderlinge samenwerking, gelijkheid voor de wet, persvrijheid, eerlijke verkiezingen en, zeker in vergelijking met de wereldwijde gemiddelden, een relatieve welvaart voor de meerderheid van de bevolking.
De idee achter de Europese welvaartsstaten is trouwens zeer populair. Terwijl in de Europese lidstaten allerlei politieke partijen voor een afbouw van de sociale voorzieningen pleiten, vinden miljoenen Afrikanen en Aziaten onze manier van leven en samenleven zeer aantrekkelijk. Europa is voor al die politieke en economische vluchtelingen een favoriete reisbestemming. Sommigen vinden dat een bedreiging, maar eigenlijk is het een compliment. Het is nochtans niet evident voor al die vluchtelingen. Vaak verlaten ze alles wat ze kennen om alleen, zonder geld en zonder zekerheid over de toekomst, een lange reis naar onze contreien te maken. Zo aantrekkelijk is Europa voor hen. Toch reageren we vaak zeer ondankbaar op wat eigenlijk een steunbetuiging is.
Natuurlijk is het niet haalbaar alle vluchtelingen, wat ook hun redenen mogen zijn, hier onder te brengen. Europa is niet klein, maar toch heeft het continent fysieke grenzen en er is simpelweg niet genoeg ruimte om hier zeven miljard mensen te huisvesten. Het kan niet de bedoeling zijn hier het asielrecht of de gastvrijheid aan de kant te schuiven, maar we moeten hier toch even bij durven stilstaan.
Het is voor een migrant of vluchteling niet zo evident naar een Europees land te verkassen. Dat is geen bevlieging of modetrend. De meesten onder hen zouden eigenlijk liever in hun eigen vertrouwde omgeving blijven, dichtbij familie en vrienden, waar iedereen hun taal spreekt en waar ze de plaatselijke gewoontes al van bij hun geboorte hebben leren kennen. Ze maken die keuze omdat ze in hun eigen streek geen toekomst zien, omdat ze op de vlucht zijn voor een gewapend conflict of voor de georganiseerde misdaad die in sommige gevallen gewoon de overheid omvat, omdat ze geen enkele manier zien om genoeg te verdienen om hun kinderen de hongerdood te besparen of omdat ze worden vervolgd door conservatieve patriarchen die bereid zijn mensenlevens te offeren om te voorkomen dat ze in hun eigen huis ook eens de afwas zouden moeten doen. Het kan perfect worden samengevat in een zeer bondige one-liner, precies wat de media tegenwoordig willen.
“De reden waarom hier veel vluchtelingen toekomen, is dat ginder veel vluchtelingen vertrekken”
We lossen dat niet op met een debat over hoe we al die mensen hier opvangen. We lossen dat enkel op met een debat over hoe we de situatie van die miljoenen ginder kunnen verbeteren.
De EU kan in dit verband een lichtend voorbeeld zijn, maar niet in zijn huidige, beperkte vorm. Ik heb in track 5 van onze cd al enkele eisen over interne Europese hervormingen opgenomen, maar daar mogen we ons zeker niet toe beperken. Het potentieel is immers te groot om te negeren in het licht van kleine achterhoedegevechten.
Ik heb dus een laatste concreet voorstel voor de lezer die het tot nu heeft uitgehouden.
“De Europese Unie wordt hervormd tot de Mondiale Democratische Unie”
Waarom zouden we ons tot een enkel continent beperken? De uitgangspunten van de EU zijn overal toepasbaar en als de verwijzingen naar de Europese geografie worden verwijderd, zijn er letterlijk en figuurlijk geen grenzen. Als het de VN niet lukt, China en Rusland enkel een band willen met andere landen om hen economisch uit te buiten en de Amerikanen er niet eens in slagen hun eigen vijftig staten verenigd te houden, is het misschien aan ons om het voortouw te nemen.
Overal ter wereld willen mensen democratie, rechtvaardigheid en al die andere begrippen die Europese landen voor migranten net zo aantrekkelijk maken. We hebben de rest van de wereld in het verleden zelf gekoloniseerd en zijn dus deels verantwoordelijk voor veel problemen in de ontwikkelingslanden, maar dat kunnen we nu goedmaken. Stukje bij beetje kunnen we onze unie uitbreiden met de landen die daar klaar voor zijn. We mogen er niet per definitie van uitgaan dat enkel landen in onze uithoek van Eurazië ooit in staat zullen zijn om aan de toetredingscriteria te beantwoorden [29]. Met elk land dat we aan onze unie kunnen toevoegen, neemt het economisch gewicht en de algemene aantrekkingskracht van ons project toe. Met een beetje geluk worden ze in Washington D.C. ook wat volwassener, wat meteen een unie zou kunnen creëren die het belang van de NATO volledig in de schaduw stelt.
Natuurlijk gebeurt geen enkele belangrijke hervorming zonder slag of stoot en ook dit voorstel zal weer zijn leger tegenstanders kennen, misschien zelfs in de meest letterlijke zin van het woord. Er moeten namelijk drie belangrijke struikelblokken worden overwonnen.
Ten eerste zijn veel van deze landen op het ogenblik helemaal geen democratieën en zijn de zetelende machthebbers niet van plan vrijwillig op te stappen. Dit is echter geen bezwaar, want dergelijke regimes mogen in alle omstandigheden ten val komen en ik zou het zeker niet immoreel vinden de oppositie ginder wat te steunen in hun verzet.
Men zou kunnen stellen dat we ons niet mogen moeien met de interne aangelegenheden van andere landen, maar eigenlijk klinkt dat niet zo overtuigend. De Chinezen vinden de territoriale integriteit zogezegd zeer belangrijk, maar ze hebben hun eigen land wel stelselmatig uitgebreid, van de annexatie van Tibet in 1950 tot de volledige overname van Hongkong in 2021 [30]. De Amerikanen strijden zogezegd voor de vrijheid, maar dat is dan toch niet die van de inwoners van de letterlijk tientallen en tientallen landen waar hun leger ooit wel eens is binnengevallen [31]. De Russen vechten zogezegd tegen het Oekraïens fascisme, dat blijkbaar heel anders is dan hun eigen fascisme, maar uiteindelijk vallen hun hackers wel onze voorzieningen aan. Er zijn constant inmengingen in het beleid van andere landen. Ik zie niet in waarom dit enkel toegelaten zou zijn voor regimes met slechte bedoelingen.
Ten tweede willen sommigen de wereld indelen in grote machtsblokken, uiteraard met henzelf aan de top. Volgens iemand als Poetin is Azië voor de Chinezen, Amerika voor de VS en Europa voor de nieuwe tsaren. In dit geval gaat het niet om enggeestige plaatselijke potentaatjes, maar om werkelijk machtige figuren met een groot leger en een groter ego. Zij zullen zich niet zo maar opzij laten schuiven door een nieuwe unie die belachelijke ideeën als gelijkheid of de mensenrechten plots belangrijk vindt.
Dit probleem kan enkel worden opgelost door zelf een evenwaardig machtsblok te worden. Dat vergt een interne eenheid die nog niet is bereikt, maar die ook een vernieuwd en groter doel nodig heeft om echt een wervend effect op de bevolking te hebben. Men zou kunnen opwerpen dat ik me verzet tegen het nationalisme, maar nu zelf een vorm van Europees nationalisme verdedig. Ik herhaal dan ook dat het niet de bedoeling is deze nieuwe unie tot het Europees continent te beperken. Iedereen die er deel van wil en kan uitmaken, is welkom.
Ten derde zal een verandering van regime of van regering nergens volstaan om de bestaande problemen meteen op te lossen. Een straatarme bevolking met een eerlijk verkozen parlement blijft straatarm. Interne maatregelen kunnen voor wat inkomsten zorgen, maar een zo goed als onbestaande economie groeit niet plots met 20 of 30 percent per jaar. De EU heeft indertijd veel geld gestoken in de ondersteuning van nieuwe lidstaten, net zoals het westelijk deel van Duitsland veel geld heeft gestoken in de voormalige DDR. Dat zal ook nu onvermijdelijk zijn. Misschien moeten we het beschouwen als een vorm van vergoeding voor de koloniale uitbuiting en het bijbehorend menselijk leed. Maar geven we dan liever voor eeuwig en altijd bakken geld uit aan grenscontroles, kustwachtpatrouilles, opvangcentra en stapels documenten ter ondersteuning van verblijfsvergunningen, om nog te zwijgen van de ontwikkelingshulp waarvan systematisch een groot gedeelte in corrupte zakken verdwijnt?
Achterdochtige mensen zouden dit nu kunnen omschrijven als een poging om tot een vorm van werelddominantie te komen. Wel, ja, is dat een probleem? Moeten we de voorkeur geven aan een supranationale organisatievorm die de focus op de mensenrechten legt of blijven we liever elk in onze eigen provincie vaststellen dat mensen eigenlijk overal dezelfde behoeftes hebben?
Bonus Track: Het grote gelijk
Het klinkt natuurlijk allemaal nogal pretentieus. Ik heb nooit een politiek mandaat uitgeoefend, heb geen diploma in de politieke wetenschappen en kan me ook niet beroepen op de populaire status van een influencer, maar toch vind ik het de moeite jullie allemaal bloot te stellen aan een tekst die zelfs zonder de voetnoten achttien pagina's telt.
Eigenaardig genoeg heeft mijn repliek op die bemerking evenveel te maken met de mensenrechten dan al mijn verwijzingen naar oorlogen en onderdrukking. Het is namelijk meer dan ooit de moeite om eens na te denken over welke mensenrechten nu eigenlijk het hardst onder druk staan.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens [32] is ondertussen 76 jaar oud, maar gelukkig nog lang niet verplicht op pensioen te gaan. De verklaring, later aangevuld met allerlei andere verklaringen en verdragen, somt een boel rechten op die voor alle mensen zouden moeten gelden. Critici beweren wel eens dat een werkelijk universele verklaring niet mogelijk is vanwege de grote culturele verschillen tussen volkeren, maar het is net tegen dit postmoderne cultuurrelativisme dat ik me wil verzetten. Mensen hebben niet plots minder rechten omdat ze toevallig in een land worden geboren waarin die rechten omwille van tradities niet worden erkend. Alle mensen worden geboren met dezelfde universele rechten, maar sommigen hebben de pech dat die rechten, onder meer omwille van tradities, in hun land niet worden nageleefd. Het postmodernisme is nooit meer geweest dan een excuus om ongemakkelijke discussies te ontwijken.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is niet perfect [33], maar ze is wel een goed uitgangspunt. De tekst bestaat uit dertig artikelen, waarvan enkele nog eens in kleinere puntjes zijn onderverdeeld. Elk van deze rechten verdient zeker de nodige aandacht, maar eentje ontbreekt helaas en dat is volgens mij nu net het meest fundamentele recht om in onze huidige context tot een echte samenleving te komen. Ik stel graag een aanvulling voor die de Verenigde Naties gerust mogen overnemen zonder mij enig auteursrecht of andere vergoedingen verschuldigd te zijn.
“Eenieder heeft het recht op een onbelemmerde toegang tot alle bronnen waar hij de objectief vastgestelde feiten kan vinden met betrekking tot elk onderwerp dat een invloed kan hebben op zijn deelname aan het openbaar leven, aan het politiek besluitvormingsproces, aan zijn arbeidsrelaties, aan het onderwijs en aan elk debat over maatschappelijke kwesties dat onder het recht op de vrijheid van meningsuiting valt”
De grote strijd om het behoud van de democratie en het behoud van onze rechten is voor de meesten onder ons geen militaire of juridische strijd. Het is een strijd om het behoud van een eenvoudig concept dat aan de basis ligt van elk verzet tegen onderdrukking, namelijk de idee dat er een onweerlegbare waarheid is die iedereen moet aanvaarden, niet omdat ze in een ideologisch discours past of omdat ze bepaalde belangen dient, maar omdat ze niet door een andere waarheid kan worden vervangen [34].
Ik sluit deze tekst dan ook graag af met een lichtjes provocerende stelling.
“Het groot gelijk bestaat wel degelijk. Het heet feitenkennis.”
---------------------
In het cd-boekje:
[1] De term werd in 1992 gelanceerd door de Amerikaanse filosoof Francis Fukuyama in zijn door velen slechts oppervlakkig gelezen boek 'Het einde van de geschiedenis en de laatste mens'. Volgens de neoliberalen was dit een intellectuele bevestiging van hun dogma dat iedereen, maar dan ook iedereen, zich na de val van het communisme tot het kapitalisme, de enige bron van zaligheid, zou bekeren.
Wie beter leest, merkt echter dat Fukuyama dit niet noodzakelijk een goede evolutie vond. Het einde van ideologische tegenstellingen betekent namelijk ook het einde van elke discussie over de vorm die de samenleving moet aannemen, wat op zijn beurt dan weer het einde betekent van elke kans op vooruitgang door middel van constructieve dialoog.
[2] Dit is natuurlijk het perfecte moment om eens in te gaan op de belachelijkste verkiezingsslogan van de huidige campagne voor de Vlaamse verkiezingen, namelijk 'Vlaanderen weer van ons' van het Vlaams Belang. Die partij heeft haar uitgesproken voor- en tegenstanders, maar dat staat los van de absurditeit van deze ene slogan. De meeste critici focussen zich op de woorden 'Vlaanderen', want ze storen zich aan elke vorm van nationalisme, en 'ons', wat ze zien als een aankondiging van de toekomstige discriminatie van wie niet tot die 'ons' behoort. Zij gaan echter voorbij aan het woord dat de slogan echt belachelijk maakt, namelijk 'weer'.
Wat voor een ongegronde idealisering van een niet nader bepaald verleden is me dat nu weer? Wanneer was hun 'Vlaanderen' dan precies van 'hen'? Dit gewest is niet enkel regelmatig bezet voor buitenlandse troepen, van de Romeinse legioenen tot de Spaanse contrareformisten en de Duitse Wehrmacht, maar tussendoor werd de bevolking ook nog eens systematisch uitgeperst door achtereenvolgens feodale parasieten en hebzuchtige industriëlen. Waarover had de 'hardwerkende Vlaming' dan precies meer zeggenschap in het jaar 1424, 1624 of 1824 dan in het jaar 2024? Naar welke historische periode verwijzen ze nu eigenlijk, gemakkelijkheidshalve vergetend dat ze hun slogan probleemloos kunnen gebruiken in een sinds 1995 onafhankelijk verkozen Vlaams Parlement?
[3] De partij Groen, bijvoorbeeld, ervaart dit elke keer opnieuw. Eens in een regering wil de partij zo snel mogelijk zo veel mogelijk ecologische maatregelen doorvoeren, enkel om na de daaropvolgende verkiezingen te merken dat het electoraat bang is voor de financiële gevolgen van die maatregelen.
Of vraag het anders eens aan Salvador Allende zaliger. De reden waarom de middenklasse zich grotendeels achter de staatsgreep van Pinochet schaarde, was dat ze banger was van een mogelijk verlies van welvaart door al die socialistische maatregelen ten gunste van de armsten dan van een militair schrikbewind. Blijkbaar is het moeilijk de middenklasse duidelijk te maken dat een kapitaalkrachtiger arbeidersklasse ook meer consumeert en de middenklasse dus op termijn meer winst oplevert.
Ik daag al diegenen die een beperking van de Belgische werkloosheidsuitkeringen in de tijd uit om eens na te denken over het omzetverlies voor de kleine handelaars dat onvermijdelijk zal voortvloeien uit de groeiende armoede onderaan de ladder. In de consumptiemaatschappij die dezelfde demagogen verdedigen, is koopkracht in se belangrijker dan tewerkstelling.
[4]Of toch niet veel centen. Het zal in elk geval minder zijn dan de overheidssteun die bepaalde bedrijven ontvangen, om zo maar een voorbeeld te geven.
[5] 'Global tax evasion report 2024'
De volledige tekst kan men hier downloaden, met als kanttekening dat in de inleidende tekst op de website de verkeerde publicatiedatum staat vermeld:
https://blog.forumforthefuture.be/nl/article/een-wereldwijd-rapport-2024-over-belastingontduiking-door-het-eu-tax-observatory/20568
[6]Of andere illegale activiteiten, zoals illegale lozingen van toxische stoffen, manifeste inbreuken op de regels aangaande veiligheid op de werkvloer, niet-naleving van de rij- en rusttijden in de transportsector, etc.
[7]Een bondige en duidelijke samenvatting van wat er is gebeurd, kan men hier lezen:
https://www.denktankminerva.be/analyse/2020/8/4/de-oorsprong-van-de-hoge-belgische-schuld-malgoverno-of-malchance
[8] Misschien is dit het moment om even uit te leggen waarom de interesten stijgen indien een inflatie dreigt. Een rente van 20 percent op een uitgeleend bedrag van 100 percent brengt in theorie veel geld op, maar indien de leningverstrekker vreest dat er op korte termijn een inflatie van 10 percent dreigt te ontstaan, weet hij dat de 120 percent rente die hij zal ontvangen eigenlijk maar 108 percent meer waard is. Als hij toch dezelfde winstmarge wil aanhouden, zal hij de rente dan ook preventief tot 32 percent optrekken.
In een kapitalistische economie is het nadeel dat hij hierdoor mee het vertrouwen van de consument, oftewel de ontlener, ondermijnt, waardoor de economie stagneert. Daardoor dalen de belastinginkomsten van de staat, die dan meer moet lenen, maar dan wel aan de plots verhoogde rente van 32 percent in plaats van 20 percent. Wie zich afvraagt wat er gebeurt indien diezelfde staat die torenhoge rentes niet meer kan betalen, laat staan tot kapitaalaflossingen over te gaan, kan het eens in Griekenland navragen.
[9] Hetzelfde geldt natuurlijk voor al die gedelegeerde besturen die onder een staat vallen. Binnen hun eigen beperkte bevoegdheden zijn dit ook de taken van gewesten, gemeenschappen, provincies en steden, maar evenzeer ook van supranationale entiteiten als de EU.
[10] Ik zou hier ook nog een hele boom kunnen opzetten over het verschil tussen input-, output- en effectbegrotingen, maar ik bespaar het de lezer liever. In België kennen we in elk geval enkel inputbegrotingen. Wat de overheid doet, wordt bepaald door de input, oftewel de inkomsten.
[11] Wacht, er zijn wel uitzonderingen: Monaco, Vaticaanstad en Noord-Korea. Hoe zou dat komen?
[12] Ik zou dit kunnen illustreren door te verwijzen naar de jaarlijkse omzet in de wereldeconomie van ongeveer 73.000.000.000.000 euro, maar helaas zitten daar ook de inkomsten van de financiële sector in en betekent dit getal in deze context dus niets.
[13] Israël heeft eigenlijk geen Grondwet, enkel een aantal zogenaamde basiswetten, die samen het fundament van de rechtsstaat vormen.
[14] Men kan het vergelijken met Brussel, een stad met 1,2 miljoen inwoners die is onderverdeeld in negentien gemeenten met elk een eigen college van burgemeester en schepenen. New York telt 8,5 miljoen inwoners en bestaat uit vijf wijken, 'boroughs' genoemd. De agglomeratie van de stad Mexico telt 23 miljoen inwoners en bestaat uit zestien deelgemeenten. Shanghai, de grootste stad ter wereld heeft 24,9 miljoen inwoners en is onderverdeeld in achttien stadsdelen. Elk van deze boroughs, deelgemeenten of stadsdelen heeft meer inwoners dan de negentien Brusselse gemeenten samen.
[15] De volledige lijst vindt men hier: https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_monarchie%C3%ABn
Dat lijken er nog veel, maar het is natuurlijk zo dat België, Nederland, Denemarken, Zweden, Spanje en Noorwegen parlementaire democratieën zijn waarin de vorst (m/v/x) enkel een protocollaire rol vervult. Over de macht achter de schermen van de Britse koning, tevens hoofd van de Commonwealth, valt te discussiëren, maar ook Charles III moet zich neerleggen bij de wetten van zijn parlement.
Daarnaast zijn er nog een paar randgevallen. De paus regeert over Vaticaanstad, maar wordt in feite verkozen door een conclaaf van kardinalen. Andorra is de enige diarchie ter wereld, met twee vorsten, waarvan eentje dan nog niet eens uit het land zelf komt.
[16] Zie hiervoor ook: https://en.wikipedia.org/wiki/The_Economist_Democracy_Index
Het is trouwens opvallend dat België veel lager scoort dan men zou verwachten, wat misschien ook iets zegt over de betrouwbaarheid van de analyse. België staat momenteel op de 36e plaats, lager dan Noorwegen of Nieuw-Zeeland, maar ook lager dan Botswana, de VS, Kaapverdië en het al eerder ter sprake gekomen Israël. De reden is de bijzonder lage score van 5/10 op 'politieke deelname', waardoor België meteen zakt naar de status van 'flawed democracy'. Op dit vlak scoort België zelfs lager dan Turkije, Angola of El Salvador.
Ik heb het volledig rapport doorgenomen, maar nergens staat een toelichting over wat die politieke deelname eigenlijk betekent. De lezer kan trouwens op en na 9 juni 2024 bewijzen dat The Economist het mis heeft.
[17] De meeste dictators zijn eigenlijk ook klinische psychopaten, wat betekent dat ze zich amper tot niet in andere mensen kunnen inleven. Ze gaan er dan ook van uit dat er anderen klaarstaan om zich exact te gedragen zoals zij dat doen. Ze gaan ervan uit dat al die dissidenten die tegen hun beleid protesteren dat enkel doen om zelf de nieuwe dictator te kunnen worden en, het zoals zijzelf, tot alles bereid zijn om dat doel te bereiken. In hun zieke geest is de onderdrukking van de oppositie in feite een vorm van zelfverdediging.
[18] Nog erger wordt het in landen met een groot leger. Zelfs in vredestijd zien soldaten zichzelf als de enige echte beschermers van het land. In hun ogen verdient niemand in de hele samenleving een hogere status en meer adoratie dan de stoere krijgers die ervoor zorgen dat de kindjes niet worden vermoord, de vrouwen niet worden verkracht en de huizen niet worden platgebrand door een buitenlandse invasiemacht. Dat die eventuele invasiemacht volledig zou bestaan uit soldaten uit een ander land die er exact dezelfde mentaliteit op nahouden, vermelden ze gemakshalve niet, zodat ze tenminste de conclusie kunnen vermijden dat de bron van een oorlog niet zozeer de expansiedrang van een andere mogendheid, maar wel het bestaan van een krijgersklasse op zich is.
[19] Donald Trump maakt natuurlijk deel uit van de Amerikaanse politiek, die sowieso al vol karikaturen loopt. Misschien heeft de lezer meer aan een voorbeeld uit eigen land: https://malcolmnix.be/nl/blog/over-de-veroordeling-van-18-leden-van-reuzegom
[20] Dit is, voor alle duidelijkheid, uiteraard geen pleidooi om meer sociale woningen te bouwen. Eigenlijk zouden we in een rijk land als dit amper sociale woningen nodig mogen hebben. Er is altijd wel wat nood aan opvang voor wie tijdelijk in de problemen zit, waaronder de reeds vermelde vluchtelingen, maar het grote probleem is en blijft dat de woningen op de private markt gewoon te duur zijn. Het is die markt die moet worden gereguleerd op een manier die het voor bijna iedereen betaalbaar maakt en dat probleem lossen we niet op door hun en dan eens een blokje sociale appartementen neer te poten. Wat ik hiermee bedoel, heb ik jaren geleden al toegelicht:
https://malcolmnix.be/nl/blog/malcolm-heeft-concrete-oplossingen-voor-de-leefbaarheid-en-de-betaalbaarheid-van-leuven
Tot mijn grote verbazing zijn mijn suggesties nog niet in wetteksten omgezet. Zou dat iets te maken kunnen hebben met het feit dat net iets te veel mensen in belangrijke functies zelf huizen en appartementen verhuren?
[21] Er zitten natuurlijk ook echte, 'zuivere' racisten tussen, maar het zou fout zijn al die kiezers daar zonder enige nuance tot te reduceren. Die racisten geloven trouwens in de superioriteit van het blanke ras en van onze Westerse cultuur. Er is nochtans een gemakkelijk tegenargument tegen deze stelling, namelijk zijzelf.
[22] We kunnen dit meteen een echte meerderheid noemen. Slechts 72,2 percent van de stemgerechtigden is komen opdagen. Daarvan heeft 51,9 percent zich voor het vertrek uitgesproken. Dat komt in totaal dus neer op 37,47 percent van de kiezers. Een opkomstplicht had waarschijnlijk niet echt geholpen, want in dat geval was het aantal blanco stemmen vermoedelijk ook zeer groot geweest.
[23] Voor wie wil weten hoe de Russische politiek echt werkt, is dit wel een goede leestip:
https://geschiedenis-winkel.nl/p/niets-is-waar-en-alles-is-mogelijk/
Het boek schetst een goed beeld van hoe onze samenleving er binnenkort zou kunnen uitzien indien Oekraïne de oorlog verliest.
[24] Ik heb de tekst eens nagelezen en eigenlijk is alles wat er staat nog steeds van toepassing. Men zou kunnen zeggen dat de verwijzing naar de ondertussen overleden Silvio Berlusconi niet meer ter zake doet, maar wie naar de huidige Italiaanse regering kijkt, weet wel beter.
https://malcolmnix.be/nl/blog/malcolm-ontmaskert-valse-begrippen-deel-6-de-kiezer-heeft-altijd-gelijk
[25] Ik ga er even van uit dat de traditionele folders in de brievenbus grotendeels ongelezen in de papiermand belanden, maar eigenlijk beschik ik niet over cijfermateriaal om dit te bewijzen.
[26] Dit is trouwens een vrij stigmatiserende term. Door die zes jaren als middelbaar onderwijs te omschrijven, impliceert men immers dat het daarmee niet voorbij is. Dit is het midden, niet het eindpunt. Dit impliceert dan weer dat wie nadien geen hogere studies aanvat het halverwege heeft opgegeven en eigenlijk geen volledig gevormde mens is. Luister in dit verband maar eens opnieuw naar track 7 van onze cd.
[27] Het heeft lang geduurd, maar ik heb dan toch eindelijk een bestaande songtitel kunnen gebruiken.
https://www.youtube.com/watch?v=hrWP9O4auWY
[28] Wie eens een tot op het psychedelische af ondoorgrondelijke grafiek hierover wil zien, kan hier terecht:
https://landbouwcijfers.vlaanderen.be/landbouw/totale-landbouw/belgische-agrohandelsstromen
[29] Die zogenaamde 'Criteria van Kopenhagen' mogen zelf natuurlijk ook wel eens wat worden bijgestuurd om tot een sociaal rechtvaardiger beleid te komen. Het eerste en het derde deel zijn prima, maar het tweede deel houdt in dat kandidaat-lidstaten “een functionerende markteconomie hebben en het hoofd kunnen bieden aan de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de EU”
Blijkbaar hebben ze mijn eisenpakket in track 5 nog niet gelezen, maar het is natuurlijk in de eerste plaats aan de Europese kiezer om voor dergelijke hervormingen te zorgen.
[30] Het is toch wel bittere ironie dat de bevolking van Hongkong meer vrijheden genoot toen de stad nog een protectoraat van de Britten was dan na de overname door een regime dat zich officieel altijd tegen elke vorm van kolonisatie heeft gekant.
[31] Voor een werkelijk hallucinant overzicht van hun bemoeizucht verwijs ik naar deze pagina:
https://en.wikipedia.org/wiki/Timeline_of_United_States_military_operations
Let wel, het gaat hier enkel om de militaire inmenging. De economische en diplomatieke druk op andere overheden valt hier nog niet eens onder.
[32] Men kan de originele tekst hier nog eens nalezen:
https://www.ohchr.org/en/human-rights/universal-declaration/translations/dutch-nederlands
Het was trouwens zeer visionair van de auteurs om al in 1948, 31 jaar voor de maanlanding, naar het universum te verwijzen, want zo hebben ze meteen elke mens die de aarde verlaat ook de nodige bescherming geboden. De werknemers van SpaceX zullen hier ooit nog dankbaar voor zijn.
[33] Zo vind ik de artikelen 16.3 en 26.3 zeer dubieus, maar het zou te ver leiden ook deze discussie hier te voeren.
[34] Ter illustratie van de praktische gevolgen indien dit recht niet wordt gerespecteerd, citeer ik even wat in China zou overblijven van voetnoot 30:
“[30] .”