Malcolm gaat niet naar: een nieuwe frituur in de Muntstraat

Eigenlijk ga ik sowieso al zelden naar een frituur. Als ik dat enigszins correct inschat, gebeurt dat misschien drie of vier keer per jaar. Maar dat is nu even het punt niet. Ten gevolge van al die kebabzaken en fastfoodketens die zich in elk stadscentrum hebben genesteld, heeft de typisch Belgische frituur veel van zijn aantrekkingskracht verloren. Dit betekent echter niet dat er geen publiek meer is voor een zaak die stukjes aardappel, slachtafval en xanthaamgom in sauspotten verkoopt.

Integendeel, wie de Leuvense Muntstraat zelfs maar een klein beetje kent, kent Frituur Fonske. Persoonlijk kan ik de stoofvleessaus aanbevelen, maar zoals iedereen weet, zijn zinloze discussies over smaken en voorkeuren op het internet verboden. In elk geval is deze zaak ondertussen al meer dan drie decennia een populair toevluchtsoord voor mensen zonder tijd c.q. zelfdiscipline. Op het randje van het conservatisme af hoop ik dan ook dat deze situatie nog lang kan blijven bestaan. De Muntstraat heeft haar frituur en iedereen is daar tevreden mee.

Nu vraagt iedereen die deze blog nog niet heeft opgegeven zich allicht af waarom ik hier wat serverruimte aan wil besteden. Wel, er is nieuws. Het Insect, bij het kadaster gekend als de eigenaar van het pand aan de Muntstraat 6 oftewel het voormalige café Amedee, heeft uiteindelijk een sukkel gevonden die in dit pand een nieuwe zaak wil beginnen [1]. Na lange speculatie door gewezen klanten en buren blijkt de kogel dus door de kerk, zij het helaas zonder onderweg wat gelovigen en hun kinderlokkende herder tot collateral damage te herleiden.

Natuurlijk is het voor niemand tegenwoordig gemakkelijk een eigen zaak te beginnen. De hoge faillissementscijfers zijn geen verzinsel en zeker starters zonder omvangrijk beginkapitaal zien zelfs tijdens een hittegolf zwarte sneeuw. De vraag is dan ook wie het kan opbrengen de belachelijk hoge huurprijs neer te tellen, de volledig leeggehaalde benedenverdieping tot een functionerende zaak te vertimmeren, personeel in te huren om zo goed als doorlopend open te zijn en een zaak die momenteel uiteraard niemand kent voldoende naambekendheid te geven om op langere termijn levensvatbaar te blijven.

Wel, het antwoord is eenvoudig. Dat kan alleen een keten. Net wat we absoluut niet nodig hebben, met andere woorden. De wormen zullen Lucas Van Langendonck, die binnen enkele maanden overigens een gedenksteen vlak voor de deur van zijn oud café krijgt, in zijn graf omdraaien. Wij, de levenden of wat daarvoor doorgaat, kunnen ons natuurlijk ook omdraaien. Bijvoorbeeld in de richting van Fonske en de stoofvleessaus. Of in de richting van deze site.

----------

[1] De precieze openingsdatum is trouwens nog niet bekendgemaakt. Momenteel wordt al wat in het pand gewerkt, maar het zal nog even duren voor ze die brandonveilige ruïne tot een voor alle inspectiediensten aanvaardbaar pand hebben omgebouwd.