Malcolm legt het verband tussen De Warmste Week en de Vlaamse begroting voor 2020

Volgens de overigens verschrikkelijk gebruiksonvriendelijke en slechts in gebrekkige mate informatieve website van Studio Brussel loopt De Warmste Week dit jaar van 18 tot 24 december. Net toevallig is dat ook de week waarin het Vlaams Parlement de begroting van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap voor 2020 moet goedkeuren. Spijtig genoeg zien slechts weinigen het duidelijk verband tussen deze voor de oppervlakkige observator zeer verschillende gebeurtenissen.

Wie een klaagzang over allerhande besparingen verwacht, kan beter een ander artikel zoeken. Er is altijd discussie over de overheidsuitgaven en iedereen wil natuurlijk meer geld voor de sector waarmee hij of zij zich het meest verwant voelt. Een leerkracht vindt meer geld voor het onderwijs prioritair. Een verpleegster wil meer geld voor de welzijnsvoorzieningen. Een vakbondsafgevaardigde eist een verhoging van de koopkracht van werknemers die in hun portefeuille geen compensaties voor de stijgende werkdruk zien. De cultuursector verzet zich tegen besparingen die vooral minder bekende en meer experimentele artiesten zullen treffen. Rufus Miles, een Amerikaanse ambtenaar die medeverantwoordelijk was voor het opstellen van de Amerikaanse welzijnsbegroting, zei het al in 1948: “Where you stand depends on where you sit”.

Elke beslissing van de overheid om geld uit te geven, heeft haar eigen pro’s en contra’s. Ik kan daar een mening over hebben, maar er zijn altijd argumenten om me tegen te spreken. Natuurlijk moet asbest uit schoolgebouwen worden verwijderd, maar de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg zijn een ware schande. Natuurlijk moeten de overheidsgebouwen energiezuiniger worden, maar misschien moeten we eerst de files aanpakken. Die discussies kunnen letterlijk eindeloos duren en dus moet een regering, uit welke partijen die ook moge bestaan, uiteindelijk wel eens de nodige knopen doorhakken, zelfs al weet iedereen op voorhand dat er altijd wel wat mensen zullen klagen.

Wat de meeste mensen niet beseffen, is dat een begroting uit twee delen bestaat. Er is een uitgavenbegroting en er is een inkomstenbegroting, ook wel middelenbegroting genoemd. Over de uitgaven kan en zal oeverloos worden gediscussieerd, maar over de inkomsten zwijgen de meeste politici en journalisten als de dood. Wie hier even over nadenkt, beseft al snel waarom.

Terwijl de honden op straat betogen voor hun been, lopen de rijken en machtigen ermee naar de Bahama’s, Panama of het belastingparadijs dat op dat ogenblik in de mode is. De maatschappelijke problemen aanpakken, is gemakkelijk eens er geld is en de inkomstenbegroting is dan ook de belangrijkste van de twee. Meer nog, enkel de inkomstenbegroting verdient een echt politiek debat. De rest is gewoon een verdeling op basis van behoeften die ook door vakspecialisten of academici kan worden vastgesteld. De werkelijke vraag is hoe de samenleving het geld in handen kan krijgen dat door de asociale elite wordt gehamsterd.

Volgens veel wetenschappers bevinden we ons in een noodsituatie. Indien nu niet snel wordt ingegrepen, volgt een onoverzichtelijke ramp die heel ons voortbestaan ondermijnt. Wel, in een noodsituatie kan een overheid maar best doortastend optreden. Bij het begin van een oorlog volgt meestal een algemene mobilisatie. Bij het uitbreken van een dodelijke epidemie wordt een bepaald gebied onder quarantaine geplaatst. In tegenstelling tot tientallen landen en regio’s ter wereld, blijven oorlog en grootschalige besmettingen de Vlaamse deelstaat bespaard, maar de Vlaamse politici weigeren al jaren hun grootste probleem te confronteren. Het grootste probleem is niet het klimaat, maar het gebrek aan geld om de nodige klimaatmaatregelen te nemen. De inkomstenbegroting moet stevig stijgen.

Een mogelijkheid is een opgevoerde strijd tegen fiscale fraude. Andere mogelijkheden zijn een doorgedreven belasting op grote vermogens, een belasting op winsten uit beleggingen, een nationalisering van bepaalde dienstverlenende bedrijven, een winstbelasting voor bedrijven die nu amper een cent betalen of een fiscale shift die vervuilende activiteiten zwaarder en arbeid lichter belast. Om die antwoorden te kunnen geven, moeten de juiste mensen echter eerst de juiste vragen stellen. Maar wat heeft dit nu eigenlijk te maken met de radiozender die de drijvende kracht achter De Warmste Week is?

Studio Brussel is er helemaal klaar voor en daar hoort natuurlijk een grootse mediacampagne bij. ‘Music is our answer’, luidt de slogan. Aan een antwoord gaat meestal een vraag vooraf, maar daar kunnen we in dit geval lang op wachten. De organisatoren stellen helemaal geen vraag omdat ze niet voldoende inzicht in de problemen hebben om te weten welke vraag ze precies zouden moeten stellen.

Dat klinkt nogal grof ten aanzien van een hoop betrokkenen die met de beste bedoelingen geld trachten in te zamelen voor mensen die echt in nood verkeren. Wat zij op poten zetten, is echter niet meer dan liefdadigheid. Enkel zij die empathisch reageren op het lijden van anderen en tegelijkertijd ook wat centjes kunnen missen, zullen hierop ingaan. Zij zullen, alweer met de beste bedoelingen, een onderling variërend aantal euro’s schenken aan het goede doel van het moment. Af en toe komen natuurlijk ook een paar politici langs om in ruil voor wat welwillende media-aandacht geld te schenken dat eigenlijk niet van hen is.
Mensen die deze empathie niet voelen, geen euro kunnen missen of gewoon niet op de hoogte zijn van deze actie, zullen echter helemaal niets schenken. In de praktijk komt het erop neer dat de slachtoffers van het egoïsme van bepaalde mensen in min of meerdere mate worden geholpen door anderen die zich storen aan dat egoïsme, terwijl de egoïsten die alle problemen veroorzaken mooi buiten schot blijven.

Liefdadigheid wordt door de elite altijd als een lovenswaardige bezigheid omschreven, een aanprijzing die in veel landen nog met een religieus argument wordt versterkt. Het hele inzamelingscircus gaat echter voorbij aan de fundamentele vragen, vooral omdat al te uitgesproken standpunten potentiële donoren kunnen afschrikken. Studio Brussel is de kampioen van deze dubbelzinnigheid. Aangezien dit fenomeen al lang niet meer tot de eigen zendfrequentie beperkt blijft, krijgt zowat iedereen in deze samenleving de dringende vraag met gulle schenkingen problemen aan te pakken, maar dan wel zonder vermelding van wie al deze problemen heeft veroorzaakt. De gevolgen worden in beeld of, in dit geval, geluid gebracht, maar de oorzaken worden met voorbedachten rade verzwegen.

Men kan dit vergelijken met de wijze waarop patiënten met een mysterieuze aandoening worden behandeld. Sommige medische problemen, zoals een gebroken arm of een maagzweer, vallen gemakkelijk te diagnosticeren en zullen, althans in landen met een functionerende gezondheidszorg, vlot worden behandeld. Soms worden dokters echter geconfronteerd met patiënten wiens problemen niet zo gemakkelijk te catalogeren vallen. Als een hoop onderzoeken geen duidelijk beeld schetsen, kiezen ze er dan maar voor de symptomen aan te pakken. Zelfs als men niet weet waarom een patiënt pijn heeft, kan het geen kwaad hem een pijnstiller voor te schrijven. Als die pijnstiller vervolgens blijkt te helpen, geven veel dokters, overbevraagd en kampend met een structureel slaaptekort, al snel  de zoektocht naar de oorsprong op. Wat Studio Brussel met De Warmste Week doet, is exact hetzelfde.

Over de rol van de media in een democratische samenleving is al veel geschreven, ironisch genoeg vooral door mensen uit de mediasector zelf. Als het erop aankomt de hieruit voortvloeiende verantwoordelijkheid te erkennen, zijn al die redacties al een stuk zwijgzamer. Dit geldt ook voor Studio Brussel. De Warmste Week bewijst elk jaar dat de zender een groot bereik heeft en veel mensen kan mobiliseren, zelfs als het hoofddoel erin bestaat diezelfde mensen geld te laten ophoesten. De media moeten niet enkel voor de neutrale doorstroming van informatie zorgen. Als er ergens een probleem is, volstaat het niet te rapporteren dat het probleem bestaat. De media moeten de oorzaken van het probleem zoeken, eventueel de verantwoordelijken om een reactie vragen en mensen aan het woord laten die mogelijke oplossingen kunnen voorstellen. Het volstaat niet op een dieet van groentesapjes medelijden met verkleumde vluchtelingen, zieke kinderen of uitgehongerde daklozen te tonen. Zo lang de participanten niet weten wie aan de bron van al deze ellende ligt, kunnen ze enkel een paar muntstukken uit de broekzak vissen in de hoop zo de ergste wantoestanden uit de wereld te helpen.

Dat deze aanpak niet werkt, is wel duidelijk. Niet alleen zien de initiatiefnemers van De Warmste Week zich elk jaar opnieuw verplicht grootschalige inzamelingen te organiseren, maar ook alle andere bekende goede doelen moeten noodgedwongen actief blijven. Het Oxford Committee for Famine Relief, beter bekend als Oxfam, bestaat al sinds 1942. Het Leger des Heils, de grootste liefdadigheidsorganisatie van de protestantse geloofsgemeenschappen, bestaat al sinds 1862. Rotary International, de luxueuze speeltuin waarin extreem rijke burgers hun geweten kunnen sussen met sporadische giften aan de mensen wiens structurele armoede ze buiten de vergaderuren vaak bestendigen, bestaat al sinds 1902. Honger, ziekte, armoede, dakloosheid en al die andere problemen bestaan nog steeds. In sommige gebieden zijn ze zelfs erger dan tien of twintig jaar geleden.

Om al deze problemen echt aan te pakken, hebben we meer nodig dan wat seizoensgebonden liefdadigheid. Een ernstige inkomstenbegroting die de grootste fortuinen niet spaart, zou al heel veel oplossen. Een al even ernstige aanpak van alle vormen van belastingfraude door de miljardairs van deze wereld en hun uit boekhouders en advocaten bestaande privémilities zou voor de rest kunnen zorgen. Daar horen we Studio Brussel echter niet over praten. De media van vandaag vallen iedereen lastig met hun onophoudelijke vragen om solidariteit, behalve zij die het meest kunnen missen.

De reden ligt natuurlijk voor de hand. De media hebben nog steeds een grote impact op de ideeën en overtuigingen van de bevolking. De rol van de traditionele gedrukte kranten en tijdschriften is afgenomen, maar dat is gewoon een verschuiving, net zoals de bioscopen sinds de komst van de televisie aan hun filmvoorstellingen geen journaal meer laten voorafgaan. De ambitieuze spelers op de vrije markt van informatie en propaganda investeren nu even veel in online nieuwsbronnen en in zogenaamde sociale media waar machiavellistische studiebureaus vrij spel krijgen om zich als doorsneeburgers voor te doen.

Studio Brussel maakt deel uit van de VRT, tot nader order voor 100 percent een overheidsinstelling zonder private aandeelhouders, maar dat betekent niet veel meer. De toezichthoudende overheid ziet er nauwgezet op toe dat deze zender de dominante propaganda van de regerende partijen niet verstoort. Een oproep om de slachtoffers van een of andere ramp te steunen, kan nog door de beugel. Een oproep om het fiscaal systeem rechtvaardiger te maken, is uit den boze. ‘Redistribution of wealth is our answer’ zullen we de programmamakers niet snel horen zeggen. Symptomen kunnen niet worden ontkend, maar oorzaken wel.

De macht van de media is wel duidelijk gebleken tijdens de recente Britse verkiezingen. De kandidaat die de rijken wilde belasten, werd in de roddelpers afgeschilderd als een baardige antisemitische demon die het land in een marxistische razernij over de rand van de afgrond zou duwen. Die uitgekiende campagne werd niet bekokstoofd door politieke tegenstanders, maar door de eigenaars van de dagbladen zelf. Zij hebben hun macht over de publieke opinie gebruikt om zich tegen een hogere belastingdruk te beschermen. Het aantal daklozen in het “Verenigd” Koninkrijk is tussen 2015 en 2018 met 73 percent gestegen [1]. Hier en daar kunnen zij rekenen op liefdadigheidsorganisaties die bij sympathisanten aalmoezen verzamelen, maar de BBC heeft niet eens een eigen versie van De Warmste Week.

Zo lang de media het spelletje meespelen, zal geen enkel maatschappelijk probleem fundamenteel worden aangepakt. Zo lang de media de mensen niet aanporren om zelf kritisch na te denken, zullen de regeringen van deze planeet gedomineerd blijven door de loopjongens van een elite die zich heeft gespecialiseerd in het ondermijnen of voorkomen van elke vorm van kritiek. Zo lang het grote publiek blijft denken dat liefdadigheid een doeltreffende aanpak van de miserie van anderen vormt, zullen de statistieken blijven vollopen met mensen zonder enig toekomstperspectief.

De strijd om een betere toekomst begint niet met geld, maar met ideeën. Wie de strijd om een rechtvaardiger economisch model wil voeren, zal in de Vlaamse Regering een tegenstander vinden. Alle goede bedoelingen ten spijt, is Studio Brussel helaas slechts een oppervlakkige en zelfs misleidende figurant langs de zijlijn.


------------------
[1] Ik baseer me hiervoor op dit artikel, maar er zijn uiteraard ook een hoop andere bronnen te vinden.